4.4De bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte
1.
in de periode van 24 februari 2022 tot en met 25 februari 2022 te Breda, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en van een valse hoedanigheid en door een samenweefsel van verdichtsels, [benadeelde 1] heeft bewogen tot de afgifte van enige goederen en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas met bijbehorende pincode en creditkaart, door
- die [benadeelde 1] te bellen en zich (daarbij) tegenover die [benadeelde 1] voor te doen als medewerker van de (helpdesk van de) [bank 1] en (vervolgens) tegen die [benadeelde 1] te zeggen dat zijn bankrekening is gehackt en dat ze (vanuit de [bank 1] ) zijn bankrekening willen blokkeren om dit te stoppen en
- die [benadeelde 1] voornoemd om zijn pincode te vragen en
- tegen die [benadeelde 1] voornoemd te zeggen dat zijn bankpas en zijn creditkaart bij zijn woning worden opgehaald en
- naar de woning van die [benadeelde 1] te gaan en zich tegenover die [benadeelde 1] voor te doen als [naam 1] en die [benadeelde 1] voornoemd te vragen naar zijn bankpas en zijn creditkaart en vervolgens
- met die bankpas en die creditkaart te gaan pinnen en geld over te gaan maken;
2.
op 19 februari 2022 te Breda, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en van een valse hoedanigheid en door een samenweefsel van verdichtsels, [benadeelde 2] en de [benadeelde 3] heeft bewogen tot de afgifte van enige goederen en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van pinpassen en een creditkaart en enig geldbedrag, door
- die [benadeelde 2] voornoemd op te bellen en zich (daarbij) tegenover die [benadeelde 2] voornoemd voor te doen als medewerker van de internationale bank fraude en als een collega ICT fraude-desk en
- tegen die [benadeelde 2] te zeggen dat iemand op haar netwerk probeerde in te breken en
- haar te vragen om haar telefoonnummer en
- haar te vragen om haar pincodes en
- haar te vragen haar bankpassen en creditkaart klaar te leggen en
- tegen die [benadeelde 2] te zeggen dat er naar haar laptop zou worden gekeken door een man die [naam 2] heet en
- zich naar de woning van die [benadeelde 2] te begeven en zich tegenover die [benadeelde 2] voor te doen als [naam 2] en
- die [benadeelde 2] te vragen naar haar bankpassen en creditkaart en vervolgens
- de bankpassen en creditkaart mee te nemen en vervolgens
- op de computer van die [benadeelde 2] in te loggen en (vervolgens)
- met die bankpassen en creditkaart geld over te maken en te pinnen;
3.
op 5 oktober 2022 te Kaatsheuvel (gemeente Loon op Zand), tezamen en in vereniging met anderen, ter uitvoering van het door verdachte en zijn mededaders voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en een valse hoedanigheid en door een samenweefsel van verdichtsels, [benadeelde 4] te bewegen tot de afgifte van enige goederen en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een (bankpas met bijbehorende) pincode, doordat hij of een van zijn mededaders
- die [benadeelde 4] heeft gebeld en zich (daarbij) tegenover die [benadeelde 4] heeft voorgedaan als medewerker van de [bank 2] en (vervolgens)
- aan die [benadeelde 4] heeft gevraagd haar bankrekening te controleren en dat hij haar account wilde blokkeren en dat zij via de post een nieuwe pinpas zou krijgen en (vervolgens)
- aan die [benadeelde 4] heeft gevraagd om haar pincode door te geven en (vervolgens)
- aan die [benadeelde 4] heeft medegedeeld dat hij een ICT’er zou langs sturen en (vervolgens)
- zich naar de woning van die [benadeelde 4] heeft begeven;
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.