ECLI:NL:RBZWB:2023:135
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen op aanvraag kinderopvangtoeslag
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, gedateerd 10 januari 2023, wordt het beroep van eiser behandeld tegen de Belastingdienst/Toeslagen. Eiser heeft een verzoek tot herbeoordeling van zijn situatie met betrekking tot de kinderopvangtoeslag ingediend op 13 januari 2021. Eiser stelt dat verweerder niet tijdig heeft beslist op zijn aanvraag. De rechtbank oordeelt dat de beslistermijn is overschreden en dat eiser op 14 januari 2022 verweerder in gebreke heeft gesteld. De rechtbank heeft geen zitting gehouden, omdat dit niet nodig was volgens artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank verklaart het beroep gegrond en draagt verweerder op om binnen elf weken na de uitspraak alsnog een besluit te nemen. Tevens wordt verweerder verplicht om een dwangsom van € 100,- per dag te betalen voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiser krijgt ook zijn griffierecht van € 50,- vergoed en een proceskostenvergoeding van € 418,50. De rechtbank benadrukt dat de zaak als licht wordt aangemerkt, gezien de jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om in verzet te gaan tegen deze uitspraak.