ECLI:NL:RBZWB:2023:118
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen op aanvraag kinderopvangtoeslag
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, gedateerd 10 januari 2023, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had een aanvraag ingediend voor herbeoordeling van haar situatie met betrekking tot de kinderopvangtoeslag op 5 augustus 2021. De rechtbank oordeelt dat de Belastingdienst/Toeslagen niet tijdig heeft beslist op deze aanvraag. Eiseres heeft de Belastingdienst op 6 september 2022 in gebreke gesteld, waarna de ingebrekestelling op 9 september 2022 door de Belastingdienst is ontvangen. De rechtbank stelt vast dat de beslistermijn is overschreden en dat eiseres recht heeft op een beslissing.
De rechtbank heeft besloten dat de Belastingdienst binnen elf weken na de uitspraak alsnog een besluit moet nemen. Dit is een verlenging van de standaardtermijn van twee weken, die de rechtbank gerechtvaardigd acht gezien het grote aantal aanvragen dat door de Belastingdienst moet worden behandeld. Tevens is bepaald dat de Belastingdienst een dwangsom van € 100,- per dag moet betalen voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op vergoeding van het door haar betaalde griffierecht van € 50,- en de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 418,50. De rechtbank heeft de zaak als licht gekwalificeerd, wat invloed heeft op de hoogte van de proceskostenvergoeding.
De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om in verzet te gaan tegen deze uitspraak binnen zes weken na verzending.