ECLI:NL:RBZWB:2023:1141

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
21 februari 2023
Publicatiedatum
21 februari 2023
Zaaknummer
AWB 21_5757 en 21_5758
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling in proceskosten na intrekking beroep tegen UWV-besluiten over Ziektewet

Op 21 februari 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaken met de nummers AWB 21/5757 ZW en 21/5758 ZW. Verzoeker, vertegenwoordigd door mr. P.J.E. Fleurkens, had beroep ingesteld tegen besluiten van het UWV van 24 november 2021, die betrekking hadden op de herziening en terugvordering van zijn uitkering op grond van de Ziektewet. Na wijziging van de bestreden besluiten door het UWV op 17 januari 2023, heeft verzoeker zijn beroepen ingetrokken en verzocht om veroordeling van het UWV in de proceskosten.

De rechtbank heeft, op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht, besloten om de behandeling van het verzoek ter zitting achterwege te laten. De rechtbank overwoog dat het UWV aan verzoeker tegemoet was gekomen, wat aanleiding gaf om het UWV te veroordelen in de proceskosten. De rechtbank stelde de kosten voor de door een derde verleende rechtsbijstand vast op € 1.674,-, gebaseerd op het Besluit proceskosten bestuursrecht.

De rechtbank heeft het UWV veroordeeld tot betaling van dit bedrag aan verzoeker. De uitspraak is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl en partijen zijn op de hoogte gesteld van de mogelijkheid om binnen zes weken verzet aan te tekenen tegen deze uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Bestuursrecht
zaaknummers: BRE 21/5757 ZW en 21/5758 ZW
uitspraak van 21 februari 2023 van de enkelvoudige kamer op het verzoek om veroordeling in de proceskosten in de zaken tussen

[verzoeker], te [plaatsnaam], verzoeker,

gemachtigde: mr. P.J.E. Fleurkens,
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen(UWV; kantoor Leeuwarden), verweerder.

Procesverloop

Verzoeker heeft beroep ingesteld tegen de besluiten van 24 november 2021 (bestreden besluiten) van het UWV over de herziening en terugvordering van zijn uitkering op grond van de Ziektewet (ZW).
Met de besluiten van 17 januari 2023 heeft het UWV de bestreden besluiten gewijzigd.
Vervolgens heeft verzoeker de beroepen ingetrokken, met het verzoek het UWV te veroordelen in de proceskosten. Het UWV heeft met de brief van 1 februari 2023 gebruik gemaakt van de gelegenheid hierop te reageren.
De rechtbank heeft, met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), een behandeling van het verzoek ter zitting achterwege gelaten.

Overwegingen

1. Op grond van artikel 8:75a, eerste lid, van de Awb kan de rechtbank, indien het beroep wordt ingetrokken omdat het bestuursorgaan geheel of gedeeltelijk aan de indiener van het beroepschrift is tegemoetgekomen, het bestuursorgaan veroordelen in de proceskosten.
2. Naar het oordeel van de rechtbank blijkt uit de besluiten van 17 januari 2023 dat het UWV aan verzoeker is tegemoetgekomen. Hierin ziet de rechtbank aanleiding het UWV te veroordelen in de door verzoeker gemaakte proceskosten.
Deze kosten stelt de rechtbank op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op € 1.674,- (2 punten voor het indienen van beroepschriften, met een waarde per punt van € 837,- en een
wegingsfactor 1).
3. De rechtbank overweegt ten overvloede dat het UWV op grond van artikel 8:41, zevende lid, van de Awb het griffierecht van € 49,- aan verzoeker dient te vergoeden, zodat een veroordeling daartoe niet nodig is.

Beslissing

De rechtbank veroordeelt het UWV in de proceskosten van verzoeker tot een bedrag van € 1.674,-.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M. Snoeks, rechter, in aanwezigheid van mr. H.D. Sebel, griffier, op 21 februari 2023 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de dag van verzending daarvan verzet worden gedaan bij de rechtbank.