ECLI:NL:RBZWB:2022:8633
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- mr. Prenger-de Kwant
- mr. De Vos
- mr. Leppens
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot machtiging voor rechtshandeling en afkondiging van afkoelingsperiode in het kader van de WHOA
In deze zaak heeft de Groep, bestaande uit verschillende B.V.'s, op 8 december 2022 startverklaringen gedeponeerd en op 12 december 2022 een verzoek ingediend voor machtigingen ex artikel 42a Fw en een afkoelingsperiode ex artikel 376 Fw. De rechtbank heeft de verzoeken op 20 december 2022 in raadkamer behandeld. De Groep heeft liquiditeitsproblemen door onder andere de coronacrisis en leveringsproblemen, en is bezig met een akkoord om een faillissement te voorkomen. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de verzoeken niet zijn onderbouwd met voldoende duidelijkheid over de voorwaarden van de leningovereenkomsten en de zekerheidsrechten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de belangen van de gezamenlijke schuldeisers niet zijn gediend en dat er geen zelfstandig belang is voor de Groep bij de verkoop van onroerend goed. De verzoeken zijn afgewezen.