ECLI:NL:RBZWB:2022:8631

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
5 december 2022
Publicatiedatum
23 augustus 2023
Zaaknummer
403955 HO RK 22/663
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tijdelijke voorziening ex artikel 379 Faillissementswet in WHOA-procedure

In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 5 december 2022 een beschikking gegeven in het kader van een verzoek om een tijdelijke voorziening op basis van artikel 379 van de Faillissementswet (Fw). De verzoekster, een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, heeft een verzoek ingediend om te bepalen dat de aandeelhouder(s) en andere personen met stemrecht in het kapitaal van de vennootschap hun stemrechten niet kunnen uitoefenen gedurende het WHOA-traject. Dit verzoek is gedaan in het licht van een dreigende wijziging in de corporate governance structuur door de aandeelhouder, die het WHOA-traject zou kunnen frustreren.

De rechtbank heeft vastgesteld dat er een spoedeisend belang is bij de verzochte voorlopige voorziening, gezien de aanstaande vergadering van de aandeelhouder op 5 december 2022. De rechtbank heeft eerder op 24 november 2022 haar rechtsmacht vastgesteld in deze WHOA-procedure en de besloten akkoordprocedure goedgekeurd. In de beschikking van 5 december 2022 heeft de rechtbank de voorlopige voorziening toegewezen, waarbij de aandeelhouder(s) van de verzoekster in hun stemrechten zijn beperkt tot de eindbeslissing op het verzoek. De behandeling van het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening is gepland op 12 december 2022.

De rechtbank heeft de verzoekster opgedragen om de aandeelhouder(s) op de hoogte te stellen van deze beschikking en hen de mogelijkheid te bieden om hun zienswijze te geven tijdens de zitting. De beschikking is openbaar uitgesproken door de voorzitter van de rechtbank, mr. M.D.E. Leppens, in aanwezigheid van de andere rechters en de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Afdeling Insolventies – meervoudige kamer
Zittingsplaats Breda
tijdelijke voorziening ex artikel 379 van de Faillissementswet (Fw)
uitspraakdatum: 5 december 2022
rekestnummer: 403955 HO RK 22/663
beschikking op het ingekomen verzoekschrift ex artikel 379 Fw
ingediend door
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[verzoekster] B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
verzoekster,
hierna ook te noemen: [verzoekster] ,
advocaten: mrs. B.W.G. van der Velden en G.Á.C. Orbán.

1.Het verloop van het geding

1.1.
Dit blijkt – voor zover thans relevant – uit de volgende stukken:
  • de op 15 november 2022 namens [verzoekster] gedeponeerde verklaring ex artikel 370 lid 3 Fw;
  • de beslissing van deze rechtbank d.d. 24 november 2022, houdende de afkondiging van een afkoelingsperiode;
  • het op 5 december 2022 ontvangen verzoekschrift ex artikel 379 Fw, met bijlagen.

2.Het verzoek

2.1.
[verzoekster] verzoekt om, zo nodig in eerste instantie bij wijze van een ex parte voorlopige voorziening geldend tot aan een mondelinge behandeling in aanwezigheid van alle belanghebbenden, te bepalen dat voor de duur van het akkoordtraject ten aanzien van [verzoekster] , althans een voor een periode in goede justitie te bepalen door de rechtbank, de aandeelhouder(s) van [verzoekster] of enig andere persoon met stemrecht in het kapitaal van [verzoekster] , in beide gevallen daaronder begrepen diens rechtsopvolgers onder algemene of bijzondere titel, zijn of haar bevoegdheid tot het (doen) uitoefenen van de stemrechten verbonden aan de aandelen in [verzoekster] niet kan uitoefenen, althans niet met betrekking tot:
de schorsing van enige bestuurder of commissaris van [verzoekster] ;
het ontslaan van enige bestuurder of commissaris van [verzoekster] ;
het benoemen van enige nieuwe bestuurder of commissaris van [verzoekster] ;
het wijzigen van enige (al dan niet statutaire) bevoegdheid van de algemene vergadering van aandeelhouders van [verzoekster] ; en/of
het wijzigen van enige (al dan niet statutaire) bevoegdheid die ziet op de verhoudingen tussen het bestuur van [verzoekster] en de raad van commissarissen van [verzoekster] .
2.2.
[verzoekster] heeft (een spoedeisend) belang bij de verzochte voorlopige voorziening, omdat de (indirect) aandeelhouder van [verzoekster] en de uiteindelijk economisch belanghebbende, althans vertegenwoordiger van deze partijen (de “Aandeelhouder”) op 5 december 2022 om 16.00 uur een vergadering per videocall heeft uitgeschreven en [verzoekster] sterk het vermoeden heeft dat de Aandeelhouder de corporate governance structuur wenst te wijzigen ten einde het WHOA-traject te frustreren. Dit omdat de Aandeelhouder het niet eens is met de herstructurering.

3.De beoordeling

3.1.
De rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft bij eerdere beschikking van 24 november 2022 in de WHOA-procedure ten aanzien van [verzoekster] haar rechtsmacht vastgesteld en zich relatief bevoegd verklaard. Ook is daarin vastgesteld dat door [verzoekster] is gekozen voor de besloten akkoordprocedure.
Voorlopige voorziening
3.2.
Gelet op de gestelde spoedeisendheid zal, bij wijze van tussenbeslissing, de gevraagde voorlopige voorziening, zoals in het dictum omschreven, voorlopig worden verleend.
3.3.
Nu de voorlopige voorziening (met name) de Aandeelhouder van [verzoekster] in zijn belangen treft, zal deze in de gelegenheid worden gesteld op het verzoek te worden gehoord alvorens een eindbeslissing wordt gegeven.

4.De beslissing

De rechtbank:
- wijst bij wijze van tijdelijke maatregel een voorlopige voorziening toe als bedoeld in artikel 379 Fw voor de periode totdat bij eindbeslissing op het verzoek is beslist, ingaande op 5 december 2022, die inhoudt dat de aandeelhouder(s) van [verzoekster] of enig andere persoon met stemrecht in het kapitaal van [verzoekster] , in beide gevallen daaronder begrepen diens rechtsopvolgers onder algemene of bijzondere titel, zijn of haar bevoegdheid tot het (doen) uitoefenen van de stemrechten verbonden aan de aandelen in [verzoekster] niet kan/kunnen uitoefenen, althans niet met betrekking tot:
de schorsing van enige bestuurder of commissaris van [verzoekster] ;
het ontslaan van enige bestuurder of commissaris van [verzoekster] ;
het benoemen van enige nieuwe bestuurder of commissaris van [verzoekster] ;
het wijzigen van enige (al dan niet statutaire) bevoegdheid van de algemene vergadering van aandeelhouders van [verzoekster] ; en/of
het wijzigen van enige (al dan niet statutaire) bevoegdheid die ziet op de verhoudingen tussen het bestuur van [verzoekster] en de raad van commissarissen van [verzoekster] ;
- bepaalt dat [verzoekster] haar bevoegdheid tot het in stemming brengen van het definitieve WHOA-akkoord niet mag uitoefenen totdat bij eindbeslissing op het verzoek is beslist;
- bepaalt dat de behandeling van het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening zal plaatsvinden op 12 december 2022 te 09:30 uur ter zitting van de rechtbank Zeeland-West-Brabant;
- bepaalt dat [verzoekster] onverwijld aan de aandeelhouder(s) van [verzoekster] , waaronder de heer [naam] , een kopie van deze beschikking zal toezenden en dat [verzoekster] hem/hen zal wijzen op de mogelijkheid om bij de zitting aanwezig te zijn en om zijn/hun zienswijze te geven, waarbij de aandeelhouder(s) wordt/worden verzocht de griffier van deze rechtbank tijdig van zijn/hun voorgenomen komst in kennis te stellen;
- houdt iedere verdere beslissing aan.
Deze beschikking is gegeven door mr. M.D.E. Leppens, voorzitter, mr. A.E. de Vos en mr. I.C. Prenger – de Kwant, rechters, en in aanwezigheid van mr. M. Baremans, in het openbaar uitgesproken door mr. M.D.E. Leppens op 5 december 2022.
de griffier is buiten staat deze
beschikking mede te ondertekenen