2.1.[verzoekster 1] en [verzoekster 2] verzoeken de rechtbank, na wijziging van het petitum, om overeenkomstig artikel 376 Fw en artikel 241a Fw, een afkoelingsperiode af te kondigen ten behoeve van [verzoekster 1] , [verzoekster 2] en op grond van artikel 372 lid 3 Fw, de Dochtervennootschappen, voor een periode van drie maanden, ten aanzien van:
ABN AMRO Bank N.V., Bank of America Merrill Lynch, BNP Paribas, Bybook Capital LLP, Coöperatieve Rabobank U.A., Crédit Agricole Corporate and Investment Bank, Danmarks Skibsredit A.S, Deutsche Bank AG, DNB (UK) Limited, DNB Bank ASA, GLAS Trust Corporation Limited, Global Loan Agency Services Limited, Hawton Marine S.A., ING Bank N.V., Nationale-Nederlanden Levensverzekering Maatschappij N.V., NIBC Bank N.V., NN Investment Partners B.V., Santander Asset Finance Plc, The Export-Import Bank of China en Tokyo Century Corporation (of diens rechtsopvolgers onder algemene of bijzondere titel), hierna ook te noemen de Leningverstrekkers,
die inhoudt dat gedurende deze afkoelingsperiode:
a. elke bevoegdheid tot verhaal op goederen die tot het vermogen van [verzoekster 1] of [verzoekster 2] behoren of tot opeising van goederen die zich in de macht van [verzoekster 1] of [verzoekster 2] bevinden, met uitzondering van de bevoegdheid van GLAS Trust Corporation Limited tot het (doen)uitoefenen van de stemrechten verbonden aan de aandelen in [verzoekster 2] , niet kan worden uitgeoefend dan met machtiging van de rechtbank, mits die derden geïnformeerd zijn over de afkondiging van de afkoelingsperiode of op de hoogte zijn van het feit dat een akkoord wordt voorbereid;
elke bevoegdheid tot verhaal op goederen die tot het vermogen van een van de Dochtervennootschappen behoren of tot opeising van goederen die zich in de macht van een zodanige rechtspersoon bevinden, voor zover het verhaal of opeising betreft voor rechten die strekken tot voldoening of tot zekerheid voor de nakoming van verbintenissen waarvoor die rechtspersoon met of naast [verzoekster 1] of [verzoekster 2] aansprakelijk is, niet kan worden uitgeoefend dan met machtiging van de rechtbank, mits die derden geïnformeerd zijn over de afkondiging van de afkoelingsperiode of op de hoogte zijn van het feit dat een akkoord wordt voorbereid;
de behandeling van een jegens [verzoekster 1] of [verzoekster 2] ingediend verzoek tot faillietverklaring wordt geschorst;
de behandeling van een jegens een van de Dochtervennootschappen ingediend verzoek tot faillietverklaring wordt geschorst, voor zover het verzoek betrekking heeft op rechten als hierboven onder (b) bedoeld;
en voorts te bepalen, al dan niet op grond van artikel 379 Fw, dat [bestuurder 1] en [bestuurder 2] , in hun hoedanigheid van (indirect) bestuurder van [verzoekster 1] B.V. en [verzoekster 2] B.V., zowel individueel als gezamenlijk:
gemachtigd zijn om namens [verzoekster 1] en [verzoekster 2] een onderhands akkoord aan te bieden (als bedoeld in artikel 370 lid 1 en 3 Fw);
de behandeling van een jegens [verzoekster 1] of [verzoekster 2] ingediend verzoek tot faillietverklaring wordt geschorst;
de behandeling van een jegens een van de vennootschappen die behoren tot de Dochtervennootschappen ingediend verzoek tot faillietverklaring wordt schorst, voor zover het verzoek betrekking heeft op rechten als hierboven onder (b) bedoeld:
in het kader van dit verzoek bevoegd zijn elk van de Dochtervennootschappen te vertegenwoordigen (als bedoeld in artikel 372 lid 3 Fw),
- verklaart op grond van artikel 379 Fw, dat de heer [bestuurder 1] en de heer [bestuurder 2] in hun hoedanigheid van (indirect) bestuurder van [verzoekster 1] en [verzoekster 2] -
naar Nederlands recht en zolang geen herstructureringsdeskundige als bedoeld in artikel 371 Fw is aangewezen -zowel individueel als gezamenlijk:
a. gemachtigd zijn om namens [verzoekster 1] en [verzoekster 2] een onderhands akkoord voor te bereiden en aan te bieden als bedoeld in artikel 370 lid 1 en 3 Fw;
bevoegd zijn om in het kader van het onderhands akkoord [verzoekster 1] en [verzoekster 2] te vertegenwoordigen als bedoeld in artikel 372 lid 3 Fw;
- wijst af hetgeen meer of anders is verzocht.
Deze beschikking is gegeven door mr. M.D.E. Leppens, voorzitter, mr. A.E. de Vos en mr. I.C. Prenger – de Kwant, rechters, en in aanwezigheid van mr. M. Baremans, in het openbaar uitgesproken door mr. M.D.E. Leppens op 24 november 2022.