ECLI:NL:RBZWB:2022:7950

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
28 december 2022
Publicatiedatum
28 december 2022
Zaaknummer
12-700172-11
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege

Op 28 december 2022 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, zittingsplaats Middelburg, uitspraak gedaan in de zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling (tbs) van een betrokkene, geboren in 1952. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie om de tbs met verpleging van overheidswege met twee jaar te verlengen, toegewezen. De tbs is oorspronkelijk opgelegd bij vonnis van 20 september 2012, waarbij de betrokkene is veroordeeld voor verschillende misdrijven, waaronder seksuele delicten. De tbs is op 1 januari 2013 ingegaan en is voor het laatst verlengd op 21 december 2020.

Tijdens de zitting op 14 december 2022 is de betrokkene gehoord, bijgestaan door zijn raadsman, en is er een deskundige gehoord. De tbs-instelling heeft geadviseerd om de tbs te verlengen, omdat er bij de betrokkene sprake is van een gespecificeerde parafiele stoornis en een stoornis in alcoholgebruik, die momenteel in remissie is. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene zich niet aan afspraken heeft gehouden en dat er een hoog recidivegevaar bestaat bij beëindiging van de tbs.

De rechtbank heeft geoordeeld dat de verlenging van de tbs noodzakelijk is voor de veiligheid van anderen en dat er nog zeker twee jaar behandeling nodig is. De rechtbank heeft de beslissing gemotiveerd door te verwijzen naar de noodzaak van stabiliteit in het gedrag van de betrokkene en het belang van het volgen van afspraken binnen de kliniek. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie om de tbs met twee jaar te verlengen, toegewezen, waarbij is voldaan aan de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Strafrecht
Zittingsplaats: Middelburg
Parketnummer: 12-700172-11
beslissing van de meervoudige kamer van 28 december 2022
op de vordering van de officier van justitie tot verlenging van de terbeschikkingstelling van
[betrokkene] ,
geboren te [geboorteplaats] , op [geboortedag] 1952,
thans verblijvende bij [tbs-instelling]
.

1.De stukken

Het dossier bevat onder meer de volgende stukken:
- de vordering van de officier van justitie van 22 november 2022, die strekt tot verlenging van de terbeschikkingstelling (hierna: tbs) met 2 jaar;
- de aantekeningen omtrent de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van [betrokkene] (hierna: betrokkene);
- het rapport van de [tbs-instelling] (hierna: de tbs-instelling) van 10 november 2022, waarin het advies van de tbs-instelling is vermeld.

2.De procesgang

Bij vonnis van de rechtbank Middelburg van 20 september 2012 is betrokkene, wegens
overtreding van de artikelen 239, 247, 248ter (oud), 248a (oud) en 248a van het Wetboek
van Strafrecht, veroordeeld tot 24 maanden gevangenisstraf en tbs met verpleging van
overheidswege.
De rechtbank constateert dat het hier gaat om misdrijven als bedoeld in artikel 38e, eerste
lid, van het Wetboek van Strafrecht.
De tbs is op 1 januari 2013 aangevangen en laatstelijk bij beslissing van 21 december 2020 voor de duur van twee jaar.
Tijdens het onderzoek ter openbare terechtzitting van de rechtbank van 14 december 2022 is de officier van justitie gehoord.
Tevens is betrokkene gehoord, bijgestaan door zijn raadsman mr. R. Wouters, advocaat te Middelburg.
Voorts is [deskundige] , GZ psycholoog en behandelcoördinator, als deskundige gehoord.

3.Het advies van de tbs-instelling

De tbs-instelling heeft geadviseerd de tbs te verlengen met twee jaar.
De tbs-instelling heeft daartoe aangegeven dat er bij betrokkene sprake is van een andere gespecificeerde parafiele stoornis (hebefilie) en van een stoornis in alcoholgebruik thans in volledige langdurige remissie. Op volwassen leeftijd heeft betrokkene een patroon van grooming ontwikkeld, waar hij feitelijk voortdurend mee bezig is en waarbij de seksuele voorkeur gericht is op de specifieke doelgroep van puberjongens tussen de 12 en 17/18 jaar. Na zijn veroordeling is hij geplaatst in FPC [kliniek] . Na een verblijf van januari 2013 tot augustus 2018 in FPC [kliniek] zag deze kliniek geen behandelmogelijkheden meer na schending van verlofvoorwaarden en het niet onderkennen van het belang van openheid. Vervolgens is betrokkene voor een tweede behandelpoging opgenomen in de [tbs-instelling] . Begin december 2021 verhuisde betrokkene vanuit de kliniek naar de [transmurale afdeling] . Hij vertoonde meermaals onbetrouwbaar gedrag dat gaandeweg in ernst toenam. Hij hield zich niet aan afspraken die zijn gemaakt rondom zijn management, zijn terugvalpreventieplan en controleerbaarheid. Hij werd meermaals teruggeplaatst in de kliniek, maar zijn gedrag verbeterde niet. In april 2022 werd hij definitief teruggeplaatst in de kliniek nadat hij – zonder overleg en toestemming van het behandelingsteam – contact onderhield met een 20-jarige collega van zijn werk bij het 50/50 Workcenter. Door deze collega werd hij beschuldigd van seksuele toespelingen via de telefoon. Het transmuraal verlof op [transmurale afdeling] lijkt momenteel te hoog gegrepen. Men gaat bezien of betrokkene naar [long-care instelling] kan. Dit is de intramurale long-care voorziening van de [tbs-instelling] , waarbij het advies wordt meegegeven om libidoremmende medicatie in te zetten als risicomanagement. De tbs-instelling verwacht dat, gezien de behandelgeschiedenis en de beperkte effecten van interventies, waaronder ook al de inzet van libidoremmende medicatie in de Oostervaarderskliniek, er ruim de tijd moet worden genomen om eventuele veranderingen te toetsen. Een meer langdurige periode van betrouwbaar gedrag is noodzakelijk alvorens een gedegen inschatting van de risico’s op delictgedrag te kunnen maken en in het verlengde daarvan te kunnen koersen op een resocialisatietraject met een passend risicomanagement. Gelet hierop adviseert de tbs-instelling de tbs met dwangverpleging met twee jaar te verlengen. Het risico bij het beëindigen van een tbs-kader is ingeschat als hoog.
Ter zitting heeft [deskundige] daaraan nog het volgende toegevoegd. Betrokkene is recentelijk gestart met libidoremmende medicatie. Er moet nog worden bezien of dit effect zal hebben op zijn gedrag. Er zijn twee versies van het incident in april 2022 en het is lastig na te gaan welke versie klopt, maar dat is ook niet zozeer waar het de tbs-instelling om gaat. Betrokkene houdt zich niet aan de afspraken die ze met hem maken. Hij onderhoudt een contact met een jonge man, terwijl dat niet mag. Ook had hij tegen afspraken in contant geld op zak. Als hij zijn medicatie goed inneemt en zijn verantwoordelijkheid neemt, is hij weer welkom op [transmurale afdeling] . Het blijft wel van belang dat hij zich houdt aan afspraken. Hij heeft transmuraal verlof en op zich gaat dat goed, maar ook op dit vlak was het problematisch om afspraken met betrokkene te maken.

4.Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie is ter zitting bij de vordering de tbs met 2 jaar te verlengen gebleven. De officier van justitie heeft aangevoerd dat het van belang is dat betrokkene zich aan de afspraken houdt die hij maakt en dat hij niet steeds de discussie opzoekt. Dat zijn traject vertraging heeft opgelopen, heeft hij dan ook aan zichzelf te wijten. Thans is de stoornis nog aanwezig, alsmede het gevaar voor recidive. Gelet op de tijd die nog nodig is om betrokkene te behandelen, dient de tbs met twee jaar te worden verlengd.

5.Het standpunt van de verdediging

Betrokkene heeft ter zitting verklaard dat hij acht maanden lang binnen heeft gezeten na een incident waarbij hij was benaderd door een man en met wie hij via WhatsApp aan beeldbellen heeft gedaan. Hij is van mening dat het onterecht is dat hij is teruggeplaatst naar de tbs-instelling omdat hij de seksuele toespelingen waarvan hij is beschuldigd, niet heeft gemaakt. Ook zijn vrijheden zijn weer helemaal ingeperkt. Betrokkene is sinds 6 november 2022 begonnen met libidoremmende medicatie. Hij heeft verklaard dat het hem eerder wel was toegestaan om contant geld te hebben, dat hij uit die periode nog geld in boeken had zitten en daarom nog over contant geld beschikte. Het zou betrokkene verder niet duidelijk zijn geweest dat hij niet over contant geld mocht beschikken.
De verdediging heeft aangevoerd dat betrokkene na het incident in april 2022 is teruggeplaatst naar de tbs-instelling en is geplaatst in [long-care instelling] . Dat betekent dat hij op 70-jarige leeftijd geen enkel perspectief meer heeft en er geen verlofmogelijkheden zijn. Het hele incident berust op misverstanden. Betrokkene heeft het geld dat in zijn boeken zat, gewoon gespaard en had daarom contant geld. Hij heeft zelf melding gemaakt dat hij dit geld had. Uit de rapportages komt niet duidelijk naar voren dat een tbs-verlenging nu nog nodig zou zijn voor de aanpak van stoornissen. Verder bleek bij de vorige behandeling al dat betrokkene aan alle behandelmodules had meegewerkt. Een behandeling is ook niet meer nodig. Dat vormde ook mede de reden voor transmuraal verlof. Een kans op herhaling wordt nu niet gerapporteerd. Het recidiverisico is laag, maar bij het volledig vervallen van het tbs-kader zou dat risico hoog zijn. De verdediging gaat niet mee met deze conclusie
omdat de medicatie stabiliteit geeft en hij deze thans ook inneemt. Het delictgevaar ligt nu op een aanvaardbaar risico. De tbs mag naar de mening van de verdediging thans maximaal voor één jaar worden verlengd.

6.Het oordeel van de rechtbank

De rechtbank is bevoegd om van de vordering kennis te nemen, omdat zij in eerste aanleg kennis heeft genomen van de misdrijven ter zake waarvan de tbs is gelast.
De vordering is tijdig, dat wil zeggen niet eerder dan twee maanden en niet later dan één maand voor het tijdstip waarop de tbs door tijdsverloop zou eindigen, ingediend. De officier van justitie is ontvankelijk in de vordering.
De tbs kan slechts worden verlengd indien de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen de verlenging van de tbs eist. Het recidivegevaar moet nog aanwezig zijn en dient voort te vloeien uit een ziekelijke stoornis en/of een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens. Gelet op het advies van de tbs-instelling wordt nog steeds voldaan aan dit wettelijke criterium. De tbs-instelling heeft immers gemotiveerd aangegeven dat er bij betrokkene sprake is van een andere gespecificeerde parafiele stoornis (hebefilie) en van een stoornis in alcoholgebruik die thans in de kliniek in volledige remissie is. De tbs-instelling heeft het recidiverisico bij beëindiging van de maatregel als hoog ingeschat.
Volgens het advies van de tbs-instelling en de gegeven toelichting door de deskundige heeft betrokkene zich in de afgelopen periode meermalen niet gehouden aan gemaakte afspraken. Dit heeft geresulteerd in een terugplaatsing in de [tbs-instelling] . Het transmuraal verlof dat was opgestart tijdens het eerdere verblijf in [transmurale afdeling] , wordt thans niet meer uitgevoerd. Er wordt nu gekeken of betrokkene kan worden geplaatst in de long care voorziening van de tbs-instelling, [long-care instelling] . De tbs-instelling heeft gemotiveerd aangegeven dat de komende tijd moet worden gekeken of er stabiliteit kan komen en dat moet worden bezien wat de effecten van de libidoremmende medicatie zijn. Er is nog zeker twee jaar nodig in de behandeling.
Ten aanzien van de duur van de verlenging geldt als uitgangspunt dat, wanneer aannemelijk is geworden dat de behandeling van de terbeschikkinggestelde meer tijd in beslag zal nemen dan de tijd die resteert bij een verlenging van de maatregel met één jaar, de termijn dient te worden verlengd met twee jaar. De rechtbank leidt uit de rapportages en hetgeen ter zitting is besproken af dat het van groot belang is dat betrokkene zich de komende tijd gaat conformeren aan afspraken die binnen de kliniek worden gemaakt, al is hij het daar niet mee eens of ziet hij dingen anders. Het betrachten van openheid, afsprakentrouw zijn en minder opponerend gedrag vertonen, zal de behandeling buiten twijfel kunnen bespoedigen. Nu er nog zeker twee jaar nodig is voor de behandeling en begeleiding van betrokkene, is de rechtbank van oordeel dat de tbs met verpleging van overheidswege van betrokkene dan ook moet worden verlengd met twee jaar. Hierbij is ook voldaan aan de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit.

7.De beslissing.

De rechtbank verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege van [betrokkene] met twee jaar.
Deze beslissing is gegeven door mr. A.B. Scheltema Beduin, voorzitter, mr. G.H. Nomes en mr. M.A.H. Kempen, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier mr. M.R. Tafazzul, en is uitgesproken ter openbare zitting op 28 december 2022.
Mr. Kempen en de griffier zijn buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.