Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
[gedaagde](hierna te noemen:
[gedaagde])
1.De procedure
2.De feiten.
€ 185.000,00. In artikel 4.1. is bepaald dat de akte van levering uiterlijk gepasseerd zal worden op 30 december 2021 of zoveel eerder of later als partijen tezamen nader overeenkomen. In artikel 11.1 is bepaald dat, indien een van de partijen na in gebreke te zijn gesteld, gedurende acht dagen nalatig is of blijft in de nakoming van een of meer van haar uit de koopovereenkomst voortvloeiende verplichtingen, de koopovereenkomst buitengerechtelijk kan worden ontbonden. De overeenkomst is door zowel [eiser] als [gedaagde] geparafeerd en ondertekend op 6 oktober 2021.
3.Het geschil
€ 5.240,00 aan zakgeld betaald. Ook heeft hij veel werkzaamheden verricht om de panden, die in slechte staat verkeerden, voor bewoning geschikt te maken. Alleen al voor het pand [adres 1] komt dit neer op een bedrag van € 84.015,00.