In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Zeeland-West-Brabant het beroep van eisers tegen de niet-ontvankelijk verklaarde aanvraag om een omgevingsvergunning voor tijdelijk ander gebruik van een perceel in Moerdijk. De rechtbank behandelt de zaak op 8 november 2022, waarbij eisers en hun gemachtigde aanwezig zijn, evenals de gemachtigde van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Moerdijk. De rechtbank oordeelt dat het college de aanvraag van eisers ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard. De rechtbank stelt vast dat het college ten onrechte de voorwaarde heeft gesteld dat de grondeigenaren expliciet toestemming moeten geven voor de verwezenlijking van de plannen. De rechtbank concludeert dat de motivering van het bestreden besluit onvoldoende is om de niet-ontvankelijkverklaring te rechtvaardigen. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en herroept het besluit van 1 juli 2021, waarbij het college wordt opgedragen om binnen acht weken een nieuw inhoudelijk besluit te nemen op de aanvraag. Tevens wordt het college veroordeeld tot betaling van griffierecht en proceskosten aan eisers.