ECLI:NL:RBZWB:2022:7829

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
21 december 2022
Publicatiedatum
21 december 2022
Zaaknummer
9810042_E21122022
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • P. Ponds
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot toepassing van cao en betaling van loonelementen door intermediair in arbeidsrelatie

In deze bodemzaak vorderen eisers, werknemers van Yorkshire Repak Europe B.V., dat de rechtbank verklaart dat Yorkshire gehouden is de arbeidsvoorwaarden van de Collectieve Arbeidsovereenkomst (cao) van Ardagh Glass Benelux toe te passen. Eisers stellen dat zij op basis van artikel 8 van de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs (WAADI) recht hebben op dezelfde arbeidsvoorwaarden als de werknemers van Ardagh, omdat zij hun werkzaamheden onder toezicht en leiding van Ardagh uitvoeren. Yorkshire betwist dit en stelt dat de terbeschikkingstelling van eisers niet onder de WAADI valt en dat er geen uitzendovereenkomst bestaat. De rechtbank oordeelt dat eisers onvoldoende bewijs hebben geleverd dat zij onder toezicht en leiding van Ardagh werken. De kantonrechter concludeert dat de vorderingen van eisers moeten worden afgewezen, omdat niet is aangetoond dat de voorwaarden van de WAADI van toepassing zijn. De proceskosten worden aan eisers opgelegd, omdat zij ongelijk krijgen in deze procedure.

Uitspraak

RECHTBANKZEELAND-WEST-BRABANT
Cluster I Civiele kantonzaken
Bergen op Zoom
Zaaknummer: 9810042 \ CV EXPL 22-1169
Vonnis van 21 december 2022
in de zaak van

1.[eiser sub 1] ,2. [eiser sub 2] ,3. [eiser sub 3] ,4. [eiser sub 4] ,5. [eiser sub 5] ,6. [eiser sub 6] ,7. [eiser sub 7] ,8. [eiser sub 8] ,9. [eiser sub 9] ,10. [eiser sub 10] ,11. [eiser sub 11] ,12. [eiser sub 12] ,13. [eiser sub 13] ,14. [eiser sub 14] ,15. [eiser sub 15] ,16. [eiser sub 16] ,17. [eiser sub 17] ,18. [eiser sub 18] ,19. [eiser sub 19] ,20. [eiser sub 20] ,21. [eiser sub 21] ,22. [eiser sub 22] ,23. [eiser sub 23] ,24. [eiser sub 24] ,25. [eiser sub 25] ,26. [eiser sub 26] ,27. [eiser sub 27] ,28. [eiser sub 28] ,29. [eiser sub 29] ,30. [eiser sub 30] ,31. [eiser sub 31] ,32. [eiser sub 32] ,33. [eiser sub 33] ,

allen wonende te [woonplaats] ,
eisende partijen,
hierna samen te noemen: eisers,
gemachtigde: mr. P.M.M. van der Loo,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
YORKSHIRE REPAK EUROPE B.V.,
gevestigd te Roosendaal,
gedaagde partij,
hierna te noemen: Yorkshire,
gemachtigde: mr. T.B. Vandeginste.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 13 juli 2022 en de daarin vermelde stukken;
- de akte houdende overlegging aanvullende producties van eisers met producties 10 tot en met 22;
- de brief van mr. Vandeginste, gedateerd 21 juni 2022, die op 24 oktober 2022 ter griffie is ontvangen, met producties 5 tot en met 8;
- de brief van mr. Vandeginste van 25 oktober 2022 met producties 9 tot en met 11;
- de brief van mr. Vandeginste van 27 oktober 2022 met productie 12;
- de mondelinge behandeling van 1 november 2022 en de op de mondelinge behandeling door mr. Van der Loo overgelegde en voorgedragen aantekeningen.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Yorkshire maakt onderdeel uit van een concern dat secundaire inspecties, etikettering, loonpakken en uitzendwerk verzorgt voor producenten van glazen verpakkingsmaterialen zoals bier- en frisdankflessen en conservenpotten.
2.2.
Yorkshire verzorgt diensten voor Ardagh Group Netherlands B.V. (hierna te noemen: Ardagh) op Ardaghs locaties in Dongen en Moerdijk. Yorkshire en Ardagh hebben voor de dienstverlening op de locatie Dongen het contract “Agreement for the provision of services (frame agreement)” ondertekend. In dat contract staat voor zover van belang:
Article 2: Framework of the Project
a.
The services which will be provided by Yorkshire for Ardagh are the resorting, handling and repacking of blocked stock.
(…)”
en:
Article 3: Coordination, direction and supervision of personnel
All employees assigned by Yorkshire for the provision of the services as stated in the contract will be directly employed by Yorkshire based on a written employment agreement in accordance with article 7:610 of the Dutch Civil Code.
Yorkshire employees will be directly managed by an Operations Manager employed by Yorkshire. Ardagh personnel are not allowed to supervise Yorkshire employees in any way. Instructions or any other directive will be discussed on a weekly basis between representatives by Yorkshire and Ardagh. On request Yorkshire is obliged, if the situation gives cause to concern, to instruct its employees in accordance with the instructions and directives of Ardagh. In any case parties have no intention at all to start or maintain an employee – employer relationship between Yorkshire employees and Ardagh.
(…)”
Voor de diensten van Yorkshire op de locatie Moerdijk hebben Yorkshire en Ardagh het contract “Agreement for the provision of services at Ardagh Glass Moerdijk” ondertekend. Daarin staat voor zover van belang:
Article 3: Framework of the Project
a.
The services which will be provided by Yorkshire for Ardagh are the full operation of the four packaging lines and three resorting lines to package, resort, handle and repack blocked stock (the “Services”)
(…)”
en:
Article 4: Coordination, direction and supervision of personnel
All employees assigned by Yorkshire for the provision of the Services as stated in the Agreement will be directly employed by Yorkshire based on a written employment agreement in accordance with article 7:610 of the Dutch Civil Code.
Yorkshire employees will be directly managed by an Operations Manager employed by Yorkshire. Ardagh’s personnel is not allowed to supervise Yorkshire’s employees in any way. Instructions or any other guidelines will be discussed on a weekly basis between representatives by Yorkshire and Ardagh.
(…)”
2.3.
Eisers zijn in dienst (althans in dienst geweest) van Yorkshire. Zij werk(t)en op de locaties Dongen en/of Moerdijk van Ardagh.
2.4.
In een brief van 21 juli 2021 heeft de gemachtigde van eisers aan Yorkshire geschreven dat Yorkshire op grond van artikel 8 lid 1 Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs (WAADI) de arbeidsvoorwaarden in de Collectieve arbeidsovereenkomst Ardagh Glass Benelux (hierna te noemen: de cao) diende toe te passen voor eisers op gelijke wijze als Ardagh dat deed voor haar werknemers. Partijen hebben daarover gecorrespondeerd, maar zij hebben ter zake geen overeenstemming bereikt.

3.Het geschil

3.1.
Eisers vorderen bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. te verklaren voor recht dat Yorkshire ten aanzien van eisers gehouden is de cao toe te passen en te bepalen dat eisers recht hebben op de op basis van deze cao verschuldigde beloning en toeslagen, waaronder de ploegentoeslag ingevolge artikel 8 van de cao en een pensioenregeling ingevolge artikel 12 van de cao;
II. Yorkshire te veroordelen om binnen veertien dagen na het door de kantonrechter te wijzen vonnis, althans binnen een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen termijn, aan eisers te betalen alle op grond van de cao aan eisers verschuldigde doch door Yorkshire niet betaalde loonelementen en toeslagen, waaronder begrepen de ploegentoeslag ingevolge artikel 8 van de cao, zulks met terugwerkende kracht vanaf het moment dat eisers via Yorkshire bij Ardagh werkzaam zijn en zolang eisers op grond van een arbeidsovereenkomst met Yorkshire werkzaam bij Ardagh zijn;
III. Yorkshire te veroordelen om binnen veertien dagen na het door de kantonrechter te wijzen vonnis, althans binnen een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen termijn, aan eisers deugdelijk gespecificeerde salarisspecificaties te verstrekken van alle (na)betalingen en toeslagen die Yorkshire op grond van het gevorderde bij I en II aan eisers verschuldigd is;
IV. Yorkshire te veroordelen om binnen veertien dagen na het door de kantonrechter te wijzen vonnis, althans binnen een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen termijn, voor eisers een pensioenvoorziening te treffen, gelijk of gelijkwaardig aan de pensioenvoorziening die werknemers van Ardagh op basis van artikel 21 van de cao hebben en ter zake alle vereiste afdrachten en betalingen te voldoen, zulks met terugwerkende kracht vanaf het moment dat eisers via Yorkshire bij Ardagh werkzaam zijn en zolang eisers op grond van een arbeidsovereenkomst met Yorkshire werkzaam bij Ardagh zijn;
V. De bij onderdeel II gevorderde bedragen te vermeerderen met de wettelijke rente en met de wettelijke verhoging ex artikel 7:625 Burgerlijk Wetboek (BW) van 50%, vanaf de dag van verschuldigdheid, tot aan de dag der algehele voldoening;
VI. Yorkshire te veroordelen in de buitengerechtelijke incassokosten;
VII. Yorkshire te veroordelen in de kosten van dit geding, waaronder begrepen het salaris van de gemachtigde van eisers.
3.2.
Eisers leggen – samengevat – het volgende ten grondslag aan hun vorderingen. Zij stellen dat zij door Yorkshire ter beschikking zijn gesteld aan Ardagh en dat zij hun werkzaamheden uitvoeren onder toezicht en leiding van Ardagh. Op grond van artikel 8 lid 1 WAADI hebben zij daarom recht op dezelfde arbeidsvoorwaarden als de werknemers van Ardagh met gelijke of gelijkwaardige functies als eisers, waaronder de voorwaarden die in de cao zijn opgenomen, aldus eisers. Daarnaast stellen eisers dat voor zover de arbeidsovereenkomst met Yorkshire moet worden gekwalificeerd als een uitzendovereenkomst, geldt dat zij op grond van artikel 16 van de Collectieve arbeidsovereenkomst voor uitzendkrachten recht hebben op dezelfde arbeidsvoorwaarden als de werknemers van Ardagh.
3.3.
Yorkshire voert – voor zover van belang – het volgende verweer. Zij betwist dat de terbeschikkingstelling van eisers onder de werking van de WAADI valt. Zij betwist ook dat sprake is van een uitzendovereenkomst. Yorkshire voert aan dat sprake is van contracting op basis waarvan eisers namens Yorkshire, in opdracht van Ardagh, secundaire inspecties uitvoeren bij Ardagh. Zij is daarin gespecialiseerd. Ardagh doet die werkzaamheden niet zelf. Volgens Yorkshire heeft zij, middels haar European operations manager, het toezicht en de leiding over de werkzaamheden van eisers.

4.De beoordeling

4.1.
De kantonrechter begrijpt uit de vorderingen van eisers dat zij aanspraak maken op dezelfde beloning als de werknemers van Ardagh. Zij baseren zich daarbij primair op artikel 8 WAADI. Die bepaling komt aan de orde als sprake is van het ter beschikking stellen van arbeidskrachten in de zin van artikel 1 lid 1 sub c WAADI.
4.2.
Voor de beoordeling van de vraag of sprake is van ter beschikking stellen van arbeidskrachten dient volgens artikel 1 lid 1 sub c WAADI aan vier cumulatieve voorwaarden te worden voldaan, te weten (1.) de onderneming die arbeidskrachten ter beschikking stelt, dient hiervoor te worden vergoed, (2.) de arbeidskrachten moeten aan een ander ter beschikking worden gesteld om arbeid te verrichten, (3.) de arbeidskrachten moeten hun werkzaamheden uitvoeren onder toezicht en leiding van de ander aan wie zij ter beschikking zijn gesteld en (4.) de arbeidskrachten hebben geen arbeidsovereenkomst met de partij aan wie zij ter beschikking zijn gesteld.
4.3.
Tussen partijen is niet in geschil dat Yorkshire eisers ter beschikking heeft gesteld aan Ardagh (voorwaarde 2 in rechtsoverweging 4.2), dat Yorkshire daarvoor wordt vergoed door Ardagh (voorwaarde 1) en dat eisers geen arbeidsovereenkomsten zijn aangegaan met Ardagh (voorwaarde 4). Partijen verschillen van mening over het antwoord op de vraag onder wiens toezicht en leiding eisers hun werkzaamheden bij Ardagh uitvoeren (voorwaarde 3).
4.4.
In de contracten die Yorkshire met Ardagh heeft gesloten voor haar diensten bij Ardagh, meer in het bijzonder artikel 2 en 3 van het contract voor de locatie Dongen en artikel 3 en 4 van het contract voor de locatie Moerdijk, is bepaald dat eisers werken onder toezicht en leiding van Yorkshire. Die contractuele bepalingen zijn evenwel op zichzelf niet doorslaggevend. Het gaat ook om de wijze waarop daaraan in de praktijk uitvoering is gegeven. De stelplicht in dat verband rust op eisers, omdat zij een beroep doen op het rechtsgevolg, te weten het toepassen van de arbeidsvoorwaarden die gelden voor de werknemers van Ardagh op grond van de WAADI. Het is aan eisers om voldoende feiten en omstandigheden te stellen waaruit volgt dat zij hun werkzaamheden onder toezicht en leiding van Ardagh uitvoeren en die zonodig te bewijzen.
4.5.
Naar het oordeel van de kantonrechter stellen eisers daarvoor, mede gelet op de gemotiveerde betwisting door Yorkshire, onvoldoende. Zij stellen niets over de wijze waarop op de locatie Moerdijk het toezicht en de leiding over het werk van eisers wordt uitgevoerd. Eisers gaan wat dat betreft enkel in op de situatie op de locatie Dongen. Uit hetgeen eisers stellen ten aanzien van de locatie Dongen, is echter evenmin gebleken dat Ardagh op die locatie het toezicht en de leiding heeft over het werk van eisers. Zo stellen eisers dat zij op de locatie Dongen hun instructies ontvangen van de aldaar werkzame teamleider van Ardagh, de heer [teamleider] . Zij wijzen daarvoor op een Whatsapp-conversatie van [teamleider] met één van de shiftleaders, eiser sub 1 de heer [eiser sub 1] (producties 8 en 19 van eisers), en een verklaring van de heer [oud werknemer] , die in verleden voor Yorkshire heeft gewerkt bij Ardagh (productie 14 van eisers). Uit die stukken blijkt niet dat het toezicht en de leiding over het werk van eisers bij Ardagh c.q. [teamleider] ligt. De WhatsAppconversatie toont weliswaar aan dat er nauw contact is geweest tussen de personen [eiser sub 1] en [teamleider] , maar het is ook van belang hoe het contact met de andere medewerkers van Yorkshire bij Ardagh verloopt. Yorkshire heeft op de mondelinge behandeling onweersproken gesteld dat zij zes shiftleaders heeft op de locatie Dongen, terwijl gesteld noch gebleken is dat [teamleider] ook op die wijze contact heeft met de andere shiftleaders. Evenmin hebben eisers inzicht gegeven in de wijze waarop de aansturing verloopt van de overige medewerkers van Yorkshire, die werken onder de shiftleaders. Daartegenover tonen de door Yorkshire overgelegde e-mails, berichten en belhistorie juist aan dat [teamleider] regelmatig contact heeft met de European operations manager van Yorkshire, aanvankelijk mevrouw [naam 1] en later mevrouw [naam 2] , over de activiteiten die worden uitgevoerd door de medewerkers van Yorkshire (productie 9 tot en met 11 van Yorkshire). Dat is een aanwijzing voor het argument van Yorkshire dat de contacten tussen Ardagh en Yorkshire verlopen via de European operations manager van Yorkshire die op haar beurt de eigen medewerkers bij Ardagh aanstuurt. De verklaring van [oud werknemer] (productie 14 van eisers) baat eisers ook niet. [oud werknemer] verklaart dat hij werd ingepland door [naam 1] , maar dat hij op de locatie van Ardagh een “andere baas” had. Hij heeft geen toelichting gegeven wie die andere baas was.
4.6.
Hetgeen Yorkshire verder heeft aangevoerd, bevestigt te meer dat het toezicht en de leiding over het werk van eisers niet bij Ardagh ligt maar bij Yorkshire. Zo heeft Yorkshire onweersproken aangevoerd dat het werk van eisers, de secundaire inspecties, een afgebakend bedrijfsproces is in een apart gedeelte op de locaties van Ardagh en dat Ardagh dat werk zelf niet doet. Het ligt daarom in de rede dat Yorkshire en niet Ardagh het toezicht en de leiding op het werk uitvoert. Daarnaast heeft Yorkshire onweersproken aangevoerd dat zij het ondernemersrisico loopt ten aanzien van het werk dat wordt uitgevoerd door eisers. Yorkshire heeft er dus ook belang bij om het toezicht en de leiding in eigen hand te houden. Verder is van belang dat Yorkshire onweersproken heeft verklaard dat zij voor de opleiding en training van eisers zorgt, alsmede voor de planning van het werk, de verlofaanvragen, de ziekmeldingen en de verzuimbegeleiding. Eisers hebben zich er nog op beroepen dat zij gebruikmaken van de computersystemen van Ardagh, maar die omstandigheid is op zichzelf onvoldoende om aan de hand daarvan te concluderen dat het toezicht en de leiding daardoor bij Ardagh is komen te liggen.
4.7.
Gelet op het bovenstaande oordeelt de kantonrechter dat niet is gebleken dat eisers hun werkzaamheden onder toezicht en leiding van Ardagh uitvoeren. Dat houdt in dat er geen situatie is als bedoeld in de WAADI. De door eisers aangevoerde omstandigheid dat Yorkshire wel een WAADI registratie heeft, maakt dat niet anders. Het beroep van eisers op het bestaan van een uitzendovereenkomst faalt gelet op het bovenstaande eveneens. Ingevolge artikel 7:690 BW is voor een uitzendovereenkomst namelijk evenzeer vereist dat eisers hun werk onder toezicht en leiding van Ardagh uitvoeren. Dat is niet het geval. De gevorderde verklaring voor recht en veroordelingen zullen daarom worden afgewezen.
4.8.
Eisers zijn de partijen die ongelijk krijgen en zij zullen daarom hoofdelijk in de proceskosten worden veroordeeld. Tot aan dit vonnis worden de proceskosten aan de zijde van Yorkshire vastgesteld op € 498,00 (2 punten à € 249,00) aan salaris gemachtigde.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
wijst de vorderingen van eisers af;
5.2.
veroordeelt eisers hoofdelijk in de proceskosten, aan de zijde van Yorkshire tot dit vonnis vastgesteld op € 498,00;
5.3.
verklaart de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. Ponds en in het openbaar uitgesproken op 21 december 2022.