ECLI:NL:RBZWB:2022:7451
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering omgevingsvergunning voor aanpassing balkon appartement in Tilburg
Op 7 december 2022 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen eiser, vertegenwoordigd door mr. A.J.H.W. Coppelmans, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tilburg. Eiser had op 18 juni 2021 een omgevingsvergunning aangevraagd voor de aanpassing van het balkon van zijn appartement aan de [adres] 62 te [woonplaats]. Het college heeft deze aanvraag op 5 november 2021 afgewezen, omdat de bouwactiviteit in strijd was met de redelijke eisen van welstand en er geen afwijking van het bestemmingsplan mogelijk was. Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen deze afwijzing, maar het college heeft het bezwaar bij besluit van 22 maart 2022 ongegrond verklaard.
De rechtbank heeft het beroep van eiser op 23 november 2022 behandeld. Eiser betwistte de noodzaak van een omgevingsvergunning en voerde aan dat het college de vergunning op grond van afwijkingsbevoegdheden had moeten verlenen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de welstandsbeoordeling een zelfstandige weigeringsgrond is en dat het college niet aan een welstandsadvies gebonden is. Eiser heeft geen tegenadvies ingebracht en de rechtbank oordeelde dat de argumenten van eiser onvoldoende waren om te twijfelen aan de zorgvuldigheid van het welstandsadvies.
De rechtbank concludeert dat het college op goede gronden de omgevingsvergunning heeft geweigerd. Het beroep van eiser is ongegrond verklaard, wat betekent dat de weigering van de omgevingsvergunning in stand blijft. Eiser krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.