ECLI:NL:RBZWB:2022:7262
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van verzoek om voorlopige voorziening inzake inschrijving in de BRP
Op 2 december 2022 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoeker, woonachtig in [woonplaats verzoeker], een voorlopige voorziening heeft verzocht met betrekking tot zijn inschrijving in de Basisregistratie Personen (BRP) op een specifiek adres. Dit verzoek volgde op twee besluiten van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Alphen-Chaam. Verzoeker had op 18 augustus 2022 het verzoek ingediend, maar de rechtbank heeft vastgesteld dat verzoeker het verschuldigde griffierecht van € 184,- niet tijdig heeft betaald. De rechtbank heeft verzoeker eerder verzocht om informatie over zijn inkomen en vermogen, maar verzoeker heeft hierop niet gereageerd. Ondanks een aangetekende brief en een e-mail om hem in de gelegenheid te stellen het griffierecht te betalen, heeft verzoeker dit verzuimd. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er geen verontschuldiging voor het niet betalen van het griffierecht is en heeft het verzoek daarom kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.