ECLI:NL:RBZWB:2022:7257

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
1 december 2022
Publicatiedatum
2 december 2022
Zaaknummer
AWB- 21_3251 en 21_3252 en 21_3256 en 21_3257 en 21_3258 en 21_3263 en 22_3959
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Omgevingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hersteluitspraak inzake bestuursrechtelijke geschillen over omgevingsrecht in de gemeente Tilburg

Op 1 december 2022 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een hersteluitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak met betrekking tot omgevingsrecht. De zaak betreft meerdere eisers die gezamenlijk optraden tegen het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tilburg. De rechtbank had eerder op 3 november 2022 uitspraak gedaan, maar na een verzoek van eiser 1, die ook als gemachtigde van de andere eisers fungeerde, werd geconstateerd dat er een misslag in de eerdere uitspraak was. Eiser 2, en niet eiser 6, bleek de belanghebbende te zijn die aan de meest logische fiets- en wandelroute woonde. Dit leidde tot de conclusie dat eisers 1 en 3 tot en met 6 niet als belanghebbenden konden worden aangemerkt.

De rechtbank heeft de misslag in de eerdere uitspraak gecorrigeerd door de verwijzingen naar de verkeerde eisers te rectificeren. De rechtbank heeft vastgesteld dat de uitspraak aldus moet worden gelezen, waarbij de juiste eisers worden genoemd. De uitspraak is gedaan door mr. L.P. Hertsig, rechter, en is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl. Er is geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak, en de termijn voor hoger beroep tegen de oorspronkelijke uitspraak blijft ongewijzigd.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Bestuursrecht
zaaknummers: BRE 21/3251, 21/3252, 21/3256, 21/3257, 21/3258, 21/3263 en 22/3959
hersteluitspraak van de enkelvoudige kamer van 1 december 2022 in de zaken tussen

[naam eiser 1] , uit [plaatsnaam] , eiser 1,

[naam eiser 2] , uit [plaatsnaam] , eiser 2

(gemachtigde: [naam eiser 1] en [naam gemachtigde 1] ),

[naam eiser 3] , uit [plaatsnaam] , eiser 3

(gemachtigde: [naam eiser 1] ),

[naam eiser 4] , uit [plaatsnaam] , eiser 4

(gemachtigden: [naam eiser 1] en [naam gemachtigde 1] ),

[naam eiser 5] , uit [plaatsnaam] , eiser 5

(gemachtigde: [naam eiser 1] ),

[naam eiser 6] , uit [plaatsnaam] , eiser 6

(gemachtigde: [naam eiser 1] en [naam gemachtigde 1] ),
gezamenlijk te noemen: eisers
en

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tilburg, verweerder

(gemachtigde: [naam gemachtigde 2] ).

Overwegingen

1. De rechtbank heeft in deze zaak op 3 november 2022 uitspraak gedaan (hierna: de uitspraak). Eiser 1 heeft mede als gemachtigde van de andere eisers naar aanleiding van de uitspraak bij mail, ontvangen door de rechtbank op 7 november 2022, aangegeven dat per abuis naar de verkeerde eiser wordt verwezen. Eiser 2 en niet eiser 6 woont aan de meest logische fiets- en wandelroute vanaf de [adres] 91 te [plaatsnaam] , door hun wijk heen naar het winkelcentrum.
1.1
De rechtbank stelt vast dat de uitspraak een misslag bevat. De rechtbank constateert dat in rechtsoverweging 4.4 en 4.5 naar de verkeerde eisers is verwezen. De laatste zin in rechtsoverweging 4.4 moet als volgt luiden: ‘
Dat houdt in dat eisers 1 en 3 tot en met 6 niet belanghebbend zijn.’Waar in rechtsoverweging 4.5
eiser 6wordt genoemd, moet dat worden vervangen door
eiser 2.
Beslissing
De rechtbank verbetert de hierboven vermelde misslag in de beslissing op de uitspraak op de wijze als onder 1.1 omschreven en stelt vast dat de uitspraak aldus moet worden gelezen.
Deze uitspraak is gedaan door mr. L.P. Hertsig, rechter, in aanwezigheid van mr.drs. R.J. Wesel, griffier op 1 december 2022 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open. Voorts brengt deze uitspraak geen wijziging in de termijn voor hoger beroep tegen de oorspronkelijke uitspraak.