ECLI:NL:RBZWB:2022:7147
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- T. Peters
- Rechtspraak.nl
Weigering Ziektewet-uitkering en geschiktheid voor eigen arbeid
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Zeeland-West-Brabant het beroep van eiser tegen de weigering van het UWV om een Ziektewet (ZW) uitkering toe te kennen. Het UWV had op 12 december 2021 besloten om per 6 oktober 2021 geen ZW-uitkering aan eiser toe te kennen, waarna eiser bezwaar maakte. Dit bezwaar werd ongegrond verklaard op 4 april 2022, wat leidde tot het indienen van beroep door eiser. De rechtbank heeft de zaak op 14 oktober 2022 behandeld, waarbij eiser, zijn gemachtigde, een tolk en de gemachtigde van het UWV aanwezig waren.
De rechtbank oordeelt dat het UWV terecht heeft geweigerd om een ZW-uitkering toe te kennen. De rechtbank baseert haar oordeel op rapporten van verzekeringsartsen van het UWV, die hebben vastgesteld dat eiser geschikt is om zijn eigen arbeid te verrichten. Eiser had zich ziekgemeld vanwege slaapproblemen en klachten van rusteloze benen, maar de verzekeringsartsen concludeerden dat er geen medische redenen waren om aan te nemen dat eiser niet in staat was om te werken. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzekeringsartsen voldoende onderzoek hebben gedaan en dat de klachten van eiser niet voldoende medisch geobjectiveerd zijn.
De rechtbank concludeert dat het beroep ongegrond is en dat het UWV terecht heeft geweigerd om per 6 oktober 2021 een ZW-uitkering toe te kennen. Eiser krijgt geen proceskostenvergoeding en het griffierecht wordt niet vergoed. De uitspraak is gedaan door mr. T. Peters en openbaar gemaakt op 25 november 2022.