Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
in de periode van 1 juni 2020 tot en met 2 november 2020 te Tilburg en/of Sittard, opzettelijk meerdere laptops en/of notebooks en/of thin clients en/of pc's die toebehoorden aan [benadeelde 1] , en welke goederen verdachte uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking, te weten als projectmanager van [benadeelde 1] , onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
2
op 16 april 2021 en/of 23 april 2021 te Nijmegen, opzettelijk meerdere thin clients en 15, iPhones, die toebehoorden aan [benadeelde 2] , en welke goederen verdachte uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking, te weten als projectmanager van [benadeelde 2] onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend.
5.De strafbaarheid
6.De strafoplegging
7.Het beslag
8.De wettelijke voorschriften
9.De beslissing
dienstbetrekking onder zich heeft, meermalen gepleegd;
dienstbetrekking onder zich heeft, meermalen gepleegd;
een taakstraf van 240 uren;
vervangende hechteniszal worden toegepast van
120 dagen;
een gevangenisstraf van 3 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren;
algemene voorwaardedat verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;