ECLI:NL:RBZWB:2022:6002

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
14 oktober 2022
Publicatiedatum
17 oktober 2022
Zaaknummer
C/02/402175/HA RK 22-197
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Verschoning
Rechters
  • Peters
  • Haerkens-Wouters
  • van Alphen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van een verschoningsverzoek van een rechter wegens mogelijke partijdigheid

In de zaak met procedurenummer C/02/402175/HA RK 22-197 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 14 oktober 2022 een beslissing genomen over een verschoningsverzoek van een rechter. Het verzoek werd ingediend op 11 oktober 2022, voorafgaand aan de mondelinge behandeling van de hoofdzaak. De rechter in kwestie, mr. [voorletters] Baggel, heeft aangegeven dat hij een bekende is van een van de gedaagden, met wie hij wekelijks contact heeft via een sportvereniging. Deze relatie zou de schijn van partijdigheid kunnen wekken, wat aanleiding gaf tot het indienen van het verschoningsverzoek.

De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat verschoning een belangrijk middel is om de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van rechters te waarborgen. Volgens de wet moet een rechter vermoed worden onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit vermoeden ondermijnen. In dit geval heeft de rechtbank geoordeeld dat de omstandigheden rondom de persoonlijke relatie van de rechter met de gedaagde voldoende aanleiding geven om te vrezen voor een schijn van partijdigheid.

De verschoningskamer heeft het verzoek tot verschoning toegewezen, wat betekent dat de behandeling van de hoofdzaak door een andere rechter zal worden voortgezet. De beslissing is genomen in raadkamer en is openbaar gemaakt. Er is geen rechtsmiddel tegen deze beslissing open.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Verschoningskamer
Locatie: Breda
Procedurenummer: C/02/402175/HA RK 22-197
beslissing van 14 oktober 2022
in de zaak van
mr. [voorletters] Baggel
rechter in de rechtbank Zeeland-West-Brabant
hierna: de rechter
belast met de behandeling van de hoofdzaak met kenmerk 390242 tussen:
SFO
gemachtigden: mr. A.J.C.M. van Acht en mr. D.J.P. van Barneveld
en
[verzoeker]
gemachtigde: mr. P.G. Knoppers.

1.De procedure

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit het verschoningsverzoek van de rechter van 11 oktober 2022.
1.2
Een verschoningsverzoek hoeft, anders dan een wrakingsverzoek, niet ter zitting te worden behandeld. Het verzoek is daarom niet ter zitting behandeld.

2.Het verschoningsverzoek

2.1
De rechter heeft het verschoningsverzoek op het volgende gebaseerd. Bij aanvang van de mondelinge behandeling van de hoofdzaak op 11 oktober 2022 is gebleken dat één van de gedaagden een bekende is van de rechter. Deze gedaagde en de rechter zien en spreken elkaar wekelijks aangezien zij lid zijn van dezelfde sportvereniging. Door deze omstandigheid zou volgens de rechter de schijn van partijdigheid kunnen worden gewekt.

3.Het wettelijk kader

3.1
In artikel 40, eerste lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) is bepaald dat elk van de rechters die een zaak behandelen, kan verzoeken zich te mogen verschonen op grond van feiten of omstandigheden als bedoeld in artikel 36.
3.2
In artikel 36 Rv is bepaald dat elk van de rechters die een zaak behandelen op verzoek van een partij kan worden gewraakt op grond van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.
3.3
In artikel 41, tweede lid, Rv is bepaald dat de meervoudige kamer zo spoedig mogelijk beslist. De beslissing is gemotiveerd en wordt onverwijld aan partijen en de rechter, die het verzoek had gedaan, medegedeeld.

4.De beoordeling

4.1
Verschoning is een middel ter verzekering van de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van rechters. Voorop staat dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling moet worden vermoed onpartijdig te zijn, tenzij zich uitzonderlijke omstandigheden voordoen die zwaarwegende aanwijzingen opleveren voor het oordeel dat een rechter jegens een partij een vooringenomenheid koestert, of dat de vrees dat daarvan sprake is objectief gerechtvaardigd is.
4.2
Van een gebrek aan onpartijdigheid kan, geheel afgezien van de persoonlijke instelling van de betrokken rechter, ook sprake zijn wanneer bepaalde feiten en omstandigheden grond geven te vrezen dat het een rechter in die omstandigheden aan onpartijdigheid ontbreekt. Dan dient de rechter zich van een beslissing in de zaak te onthouden, nu rechtzoekenden in het rechterlijk apparaat vertrouwen moeten kunnen stellen. Daarom valt onder omstandigheden ook rekening te houden met de uiterlijke schijn van partijdigheid of vooringenomenheid.
4.3
Uit het verschoningsverzoek blijkt dat in dit geval sprake is van zodanige omstandigheden dat de rechter er rekening mee houdt dat anderen uit die omstandigheden een schijn van partijdigheid zouden kunnen afleiden. De verschoningskamer ziet hierin een genoegzame grond voor verschoning gelegen. Het verschoningsverzoek zal daarom worden toegewezen. Dit betekent dat de behandeling van de hoofdzaak door een andere rechter moet worden overgenomen.

5.De beslissing

De verschoningskamer:
5.1
wijst het verzoek tot verschoning toe;
5.2
bepaalt dat, met inachtneming van het toegewezen verzoek, het proces in de hoofdzaak wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond op het moment dat het verschoningsverzoek werd ingediend;
5.3
beveelt dat een afschrift van deze beslissing wordt toegezonden aan:
 de rechter;
 de teamvoorzitter van het team waarin de rechter werkzaam is;
 de partijen in de hoofdzaak.
Deze beslissing is genomen in raadkamer op 14 oktober 2022 door mr. Peters, rechter en voorzitter, en mr. Haerkens-Wouters en mr. van Alphen, rechters, in aanwezigheid van mr. Hamans, griffier. De beslissing wordt openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
Afschrift verzonden aan partijen op:
Rechtsmiddel
Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.