ECLI:NL:RBZWB:2022:5735
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep inzake schoolstartpakket toegekend door gemeente Breda
In deze zaak heeft de rechtbank Zeeland-West-Brabant op 4 oktober 2022 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure tussen een eiseres en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Breda. De eiseres had bezwaar gemaakt tegen een besluit van 1 november 2021, waarin haar een schoolstartpakket van € 300,- was toegekend. Het bezwaar werd door de gemeente op 17 maart 2022 niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft in haar overwegingen vastgesteld dat het beroep van eiseres kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat zij geen procesbelang heeft. De rechtbank oordeelt dat de toekenning van het schoolstartpakket in overeenstemming was met de aanvraag van eiseres en dat er geen gronden zijn aangevoerd die de hoogte van de vergoeding ter discussie stellen. Bovendien kon de rechtbank niet ingaan op het verzoek van eiseres om een dwangsom vast te stellen voor het niet tijdig nemen van de beslissing op bezwaar, aangezien dit niet meer relevant was op het moment van indienen van het beroepschrift. De rechtbank heeft daarom het beroep van eiseres niet-ontvankelijk verklaard en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn op de hoogte gesteld van de beslissing.