Op 30 november 2021 heeft verdachte in Breda een verkeersongeval veroorzaakt door door rood te rijden, wat resulteerde in zwaar lichamelijk letsel voor het slachtoffer. De rechtbank heeft vastgesteld dat verdachte aanmerkelijk onvoorzichtig en onoplettend heeft gereden. De officier van justitie heeft zijn standpunt kenbaar gemaakt tijdens de zitting op 30 augustus 2022, waartegen verdachte verstek heeft laten verlenen. De rechtbank heeft de bewijsmiddelen beoordeeld en geconcludeerd dat verdachte niet alleen een eenmalige inschattingsfout heeft gemaakt, maar dat zijn rijgedrag in het geheel niet voldeed aan de verwachtingen die aan een automobilist mogen worden gesteld. Het slachtoffer heeft als gevolg van het ongeval een dubbele open beenbreuk opgelopen, waarvoor operatief ingrijpen noodzakelijk was. De rechtbank heeft de overtreding van artikel 6 van de Wegenverkeerswet wettig en overtuigend bewezen verklaard. De rechtbank heeft verdachte een taakstraf van 120 uur opgelegd, subsidiair 60 dagen hechtenis, en een ontzegging van de rijbevoegdheid van 6 maanden. De beslissing is gebaseerd op de artikelen 9, 22c en 22d van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 6, 175 en 179 van de Wegenverkeerswet.