ECLI:NL:RBZWB:2022:5269
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet tijdig betalen griffierecht
In deze zaak heeft eiser bezwaar gemaakt tegen de beslissing op bezwaar van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Breda, welke op 30 maart 2022 is genomen. Dit bezwaar is door verweerder aangemerkt als een beroepschrift en doorgestuurd naar de rechtbank. De rechtbank heeft op 8 september 2022 uitspraak gedaan in deze zaak, waarbij het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is verklaard. Dit gebeurde zonder zitting, op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser het verschuldigde griffierecht van € 50,- niet tijdig heeft betaald. De griffier heeft eiser in de gelegenheid gesteld om het griffierecht te voldoen, zowel per gewone als per aangetekende brief, maar eiser heeft geen betaling verricht en ook geen verontschuldiging gegeven voor dit verzuim. Hierdoor is er geen aanleiding om het beroep ontvankelijk te verklaren.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat er geen proceskostenveroordeling plaatsvindt, aangezien het beroep niet-ontvankelijk is verklaard. De uitspraak is gedaan door mr. S.A.M.L. van de Sande, rechter, en is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl. Eiser is geïnformeerd over de mogelijkheid om een verzetschrift in te dienen indien hij het niet eens is met deze uitspraak, binnen een termijn van zes weken na verzending.