ECLI:NL:RBZWB:2022:4916

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
26 augustus 2022
Publicatiedatum
24 augustus 2022
Zaaknummer
02-196523-19
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege

Op 26 augustus 2022 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling (tbs) van betrokkene, geboren te Goes in 1998, die momenteel verblijft in het Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden te Poortugaal. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie tot verlenging van de tbs met verpleging van overheidswege met twee jaar toegewezen. De rechtbank oordeelde dat betrokkene nog volop bezig is met zijn behandeling en dat de verlenging voldoet aan de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit.

De rechtbank constateerde dat betrokkene eerder was veroordeeld tot een gevangenisstraf van tien maanden en tbs met verpleging van overheidswege, na het plegen van ontuchtige handelingen met een minderjarige. De tbs is aanvankelijk ingegaan op 21 augustus 2020 en zou zonder verlenging eindigen op 21 augustus 2022. De officier van justitie heeft de vordering tot verlenging tijdig ingediend, en de rechtbank heeft vastgesteld dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen de verlenging van de tbs eist. De deskundigen van de tbs-instelling hebben geadviseerd om de tbs met twee jaar te verlengen, gezien het recidivegevaar en de complexe problematiek van betrokkene.

De rechtbank heeft het advies van de tbs-instelling gevolgd en geconcludeerd dat de verlenging van de tbs noodzakelijk is, gezien de huidige behandelingssituatie van betrokkene en de risico's die anders zouden ontstaan. De beslissing is genomen door een meervoudige kamer, waarbij de voorzitter en de griffier aanwezig waren, en is openbaar uitgesproken op de zitting.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT SN 19-8 GN 22/8 AH 24-8
Strafrecht
Zittingsplaats: Middelburg
Parketnummer: 02-196523-19
beslissing van de meervoudige kamer d.d. 26 augustus 2022
op de vordering van de officier van justitie tot verlenging van de terbeschikkingstelling van
[betrokkene] ,
geboren te Goes op [geboortedag] 1998,
thans verblijvende in Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden te Poortugaal.
Walhout zal hierna worden aangeduid als betrokkene.

1.De stukken

Het dossier bevat onder meer de volgende stukken:
- het vonnis van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 6 augustus 2020 waarbij betrokkene is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 maanden en terbeschikkingstelling (hierna: tbs) met verpleging van overheidswege;
- de vordering van de officier van justitie, ingekomen op 8 juli 2022, die strekt tot verlenging van de terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege met twee jaar;
- de wettelijke aantekeningen omtrent de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van betrokkene van het eerste kwartaal van 2021 tot en met het eerste kwartaal van 2022, opgesteld door Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden (hierna: de tbs-instelling);
- het rapport van de tbs-instelling van 10 juni 2022 waarin het advies van de tbs-instelling is vermeld.

2.De procesgang

Bij vonnis van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 6 augustus 2020 is betrokkene veroordeeld wegens het met iemand beneden de leeftijd van zestien jaar ontuchtige handelingen plegen, die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam. Betrokkene heeft een gevangenisstraf van tien maanden en tbs met verpleging van overheidswege opgelegd gekregen.
De rechtbank constateert dat het hier gaat om een misdrijf als bedoeld in artikel 38e, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht.
De tbs is aangevangen op 21 augustus 2020. Behoudens verlenging eindigt de termijn van de tbs op 21 augustus 2022.
De vordering tot verlenging van de officier van justitie is door deze rechtbank behandeld op de zitting van 12 augustus 2022. Ter zitting is de officier van justitie mr. W.J.W.K. Suijkerbuijk gehoord. Tevens is betrokkene gehoord, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. M.C. Geijtenbeek, advocate te Goes. Voorts is ter zitting als deskundige gehoord F. Franken, GZ-psycholoog en tevens hoofd behandeling van de tbs-instelling.

3.Het advies van de tbs-instelling

De tbs-instelling heeft geadviseerd de tbs met verpleging te verlengen met twee jaar en heeft het volgende - samengevat en zakelijk weergegeven - gesteld in haar advies.
Bij betrokkene is sprake van een autismespectrumstoornis, een antisociale persoonlijkheidsstoornis en een disharmonisch intelligentieprofiel. Vanaf 7 januari 2021 verblijft betrokkene in de tbs-instelling. De eerste maanden heeft hij op de opnameafdeling Koraal verbleven en in augustus 2021 is hij overgeplaatst naar de behandelafdeling Opaal. De behandeling van betrokkene verloopt wisselend. Hij leek zich na een korte wenperiode gemakkelijk te voegen naar de nieuwe afdelingsstructuur en liet groei zien in zijn spanningsregulatie en conflicthantering. Toch toont betrokkene de afgelopen drie maanden meer spanningen en blijft hij beperkt in het omgaan met conflicten, waarbij hij enkele keren incidenten heeft veroorzaakt. Dit lijkt samen te hangen met de toename aan behandeldruk. Bij oplopende druk schieten de copingsvaardigheden van betrokkene tekort. Wanneer de huidige zorg nu wegvalt, schatten de deskundigen het risico op recidive als hoog in. De komende periode zal betrokkene nog in de tbs-instelling verblijven. Zodra hij aan alle voorwaarden voldoet, zal begeleid verlof worden aangevraagd. Afhankelijk van het verdere behandelverloop wordt het vervolg bepaald. Hiervoor is nog tenminste twee jaar nodig. De deskundigen denken aan het uitstromen via een FPA en daarna een vorm van begeleid of beschermd wonen.
Ter zitting heeft de deskundige daaraan nog toegevoegd dat de problematiek van betrokkene complex is. Betrokkene neemt moeilijk iets van anderen aan, omdat hij over bepaalde dingen anders denkt. Hierdoor ontstaan conflicten en oplopende spanningen. Hij werkt ook niet altijd mee aan de behandelingen. Er is momenteel een verlofaanvraag gedaan, maar voordat betrokkene met verlof kan, moet hij beter aan de behandelingen meedoen.

4.Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie is ter zitting bij de vordering de tbs met twee jaar te verlengen gebleven.

5.Het standpunt van de verdediging

Betrokkene heeft bij de bespreking van het rapport aangegeven dat hij liever heeft dat alles in één jaar rond komt, maar ook wel te begrijpen dat twee jaar wordt geadviseerd.
De raadsvrouw heeft op zitting meegedeeld dat de verdediging zich niet verzet tegen een verlenging van twee jaar.

6.Het oordeel van de rechtbank

De rechtbank is bevoegd om van de vordering kennis te nemen, omdat zij in eerste aanleg kennis heeft genomen van het misdrijf ter zake waarvan de tbs is gelast.
De vordering is tijdig, dat wil zeggen niet eerder dan twee maanden en niet later dan één maand voor het tijdstip waarop de tbs door tijdsverloop zou eindigen, ingediend. De officier van justitie is ontvankelijk in de vordering.
De tbs kan slechts worden verlengd indien de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen de verlenging van de tbs eist. Het recidivegevaar moet nog aanwezig zijn en dient voort te vloeien uit een ziekelijke stoornis en/of een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens. Gelet op het advies van de tbs-instelling wordt nog steeds voldaan aan deze wettelijke criteria.
Ten aanzien van de termijn van de verlenging zal de rechtbank het advies van de tbs-instelling volgen. Betrokkene is nog volop bezig met zijn behandelingen. Er is momenteel verlof aangevraagd en afhankelijk van betrokkene zijn verdere behandelverloop, zal een vervolg worden bepaald. Hiervoor is echter nog tenminste twee jaar nodig.
Gelet op hetgeen hierboven is overwogen, is de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen, eist dat de tbs met verpleging van overheidswege van betrokkene wordt verlengd met twee jaar. Hierbij is ook voldaan aan de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit.

7.De toepasselijke wetsartikelen

De beslissing berust op artikel 38d van het Wetboek van Strafrecht en artikel 6:6:10 van het Wetboek van Strafvordering.

8.De beslissing

De rechtbank verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege van betrokkene met twee jaar.
Deze beslissing is gegeven door mr. A.L. Hoekstra, voorzitter, mr. G.H. Nomes en mr. S.H. van Nieuwkerk, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier mr. E. Andraws en is uitgesproken ter openbare zitting op 26 augustus 2022.
Mr. A.L. Hoekstra en mr. E. Andraws zijn niet in de gelegenheid deze beslissing mede te ondertekenen.