Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van 16 augustus 2022 van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam eiseres] , te [naam plaats] , eiseres,
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
onvoorwaardelijk toezeggingen zijn gedaan, die bij de betrokkene gerechtvaardigde verwachtingen hebben gewekt. De vraag is dan ook of daarvan in dit geschil sprake is.
e-mailverkeer van 25 juni 2020 tussen [naam re-integratiebegeleider] en arbeidsdeskundige [naam arbeidsdeskundige] volgt dat [naam arbeidsdeskundige] op de vraag of hij goedkeuring zou geven voor vergoeding van de laptop van eiseres reageert:
‘‘als zij die laptop nodig heeft voor haar studie, dan wel.’’
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- bepaalt dat het UWV aan eiseres alsnog de aanschafkosten van haar laptop tot een bedrag van € 425,44 zal vergoeden;
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde bestreden besluit;
- bepaalt dat het UWV het griffierecht van € 49,- bedrag aan eiseres moet vergoeden.
mr. A.M. Pasmans, griffier, op 16 augustus 2022en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.