Wettelijk kader
Algemene wet bestuursrecht (Awb)
Artikel 3:4, tweede lid, van de Awb
De voor een of meer belanghebbenden nadelige gevolgen van een besluit mogen niet onevenredig zijn in verhouding tot de met het besluit te dienen doelen.
Artikel 174, derde lid, van de Gemeentewet.
De burgemeester is belast met de uitvoering van verordening voor zover deze betrekking hebben op het in het eerste lid bedoelde toezicht.
Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM)
1. Bij het vaststellen van zijn burgerlijke rechten en verplichtingen of bij het bepalen van de gegrondheid van een tegen hem ingestelde vervolging heeft en ieder recht op een eerlijke en openbare behandeling van zijn zaak, binnen een redelijke termijn, door een onafhankelijk en onpartijdig gerecht dat bij de wet is ingesteld. De uitspraak moe tin het openbaar worden gewezen maar de toegang tot de rechtszaal kan aan de pers en het publiek worden ontzegd, gedurende de gehele terechtzitting of een deel daarvan, in het belang van de goede zeden, van de openbare orde of nationale veiligheid in een democratische samenleving, wanneer de belangen van minderjarigen of de bescherming van het privé leven van procespartijen dit eisen of, in die mate als door de rechter onder bijzondere omstandigheden strikt noodzakelijk wordt geoordeeld, wanneer de openbaarheid de belangen van een behoorlijke rechtspleging zou schaden.
2. Een ieder tegen wie een vervolging is ingesteld, wordt voor onschuldig gehouden totdat zijn schuld in rechte is komen vast te staan.
3. Een ieder tegen wie een vervolging is ingesteld, heeft in het bijzonder de volgende rechten:
a. onverwijld, in een taal die hij verstaat en in bijzonderheden, op de hoogte te worden gesteld van de aard en de reden van de tegen hem ingebrachte beschuldiging;
b. te beschikken over de tijd en faciliteiten die nodig zijn voor de voorbereiding van zijn verdediging;
c. zich zelf te verdedigen of daarbij de bijstand te hebben van een raadsman naar eigen keuze of, indien hij niet over voldoende middelen beschikt om een raadsman te bekostigen, kosteloos door een toegevoegd advocaat te kunnen worden bijgestaan, indien de belangen van een behoorlijke rechtspleging dit eisen;
d. de getuigen à charge te ondervragen of te doen ondervragen en het oproepen en de ondervraging van getuigen à décharge te doen geschieden onder dezelfde voorwaarden als het geval is met de getuigen à charge;
e. zich kosteloos te doen bijstaan door een tolk, indien hij de taal die ter terechtzitting wordt gebezigd niet verstaat of niet spreekt.
Algemene plaatselijke verordening
Artikel 2:30, eerste lid, van de APV
De burgemeester kan in het belang van de openbare orde, veiligheid of gezondheid of in geval van bijzondere omstandigheden voor en of meer openbare inrichtingen tijdelijk andere sluitingstijden vaststellen of tijdelijk sluiting bevelen.
Noodverordening COVID-19 veiligheidsregio Midden- en West-Brabant van 30 september (Noodverordening)
Artikel 2.1, eerste en tweede lid, van de Noodverordening
1. Het is verboden een samenkomst in de publieke ruimte of in een besloten plaats, niet zijnde een woning of en daarbij behorend erf, te organiseren, te laten organiseren, te laten plaatsvinden of te laten ontstaan zonder:
a. maatregelen te treffen waarmee de stromen van de personen die samenkomen worden gescheiden, ook voor zover het gebruik van sanitaire voorzieningen betreft;
b. hygiënemaatregelen te treffen waarmee de verspreiding van COVID-19 wordt tegengegaan;
c. maatregelen te treffen waardoor de aanwezigen ten allen tijde 1,5 meter afstand tot elkaar kunnen houden;
d. ervoor te zorgen dat de aanwezigen te allen tijde 1,5 meter afstand houden tot de dichtstbijzijnde persoon, tenzij de aanwezigen op grond van artikel 2.2, tweede lid, niet verplicht zijn 1,5 meter afstand tot elkaar te houden; en
e. ervoor te zorgen dat de aanwezigen aan wie een zitplaats of afgebakende locatie is toegewezen daarvan gebruik maken.
2. Onverminderd het bepaalde in het eerste lid, is het verboden om in de publieke ruimte of in een besloten plaats, niet zijnde een woning of een daarbij behorend erf, een samenkomst van meer dan veertig personen (exclusief personeel) of, indien de samenkomst plaatsvindt in een gebouw, vaartuig of voertuig, van meer dan dertig personen (exclusief personeel) te organiseren, te laten organiseren, te laten plaatsvinden of te laten ontstaan, dan wel aan een dergelijke samenkomt deel te nemen. Bij samenkomsten in een gebouw geldt het verbod per zelfstandige ruime waarbij een zichtbaar gescheiden podium als zelfstandige ruimte geldt. Indien een samenkomst plaatsvindt in en gebouw, vaartuig of voertuig worden de aanwezigen geplaceerd.
\Artikel 2.1c, eerste lid, van de Noodverordening
Het is verboden een samenkomst in een eet- en drinkgelegenheid of en daarbij behorend buitenterras of een buitenterras op een evenemententerrein te organiseren, te laten organiseren, te laten plaatsvinden of te laten ontstaan zonder de bezoekers te placeren, zonder de gezondheid van de bezoekers te verifiëren, zonder te werken met reservering en zonder de bezoekers te vragen de volgende gegevens beschikbaar te stellen:
b. datum, aankomsttijd en placering van het bezoek;
e. toestemming met de verwerking en overdracht van die gegevens ten behoeve van de uitvoering van een eventueel bron- en contactonderzoek door de GGD.
Artikel 2.2, eerste lid, van de Noodverordening
Het is verboden zich in de publieke ruimte of in een besloten plaats, niet zijnde een woning of daarbij behorend erf, op te houden zonder tot de dichtstbijzijnde persoon een aftand te houden van ten minste 1,5 meter.
Artikel 2.3a van de Noodverordening
Het is verboden bij of in sport- en fitnessgelegenheden een eet- en drinkgelegenheid of een daarbij behorend buitenterras geopend te houden voor publiek.
Artikel 2.4 van de Noodverordening
Het is verboden in de publieke ruimte of in een besloten plaats, niet zijnde een woning of een daarbij behorend erf, in groepsverband te zingen of te schreeuwen. Dit verbod geldt niet voor zangers, zangkoren en zanggroepen en voor zang als onderdeel van de belijdenis van godsdienst of levensovertuiging, mits de richtlijnen die zijn opgenomen in het advies van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu van 30 juni 2020 in acht worden genomen.
Artikel 2.6 van de Noodverordening
1. Het is verboden om tussen 21.00 uur en 22.00 uur nieuwe bezoekers toe te laten in en eet- en drinkgelegenheid en op bijbehorende terrassen.
2. Het is verboden om tussen 22.00 uur en 06.00 uur een eet- en drinkgelegenheid voor publiek geopend te hebben. Voor ochtendhoreca geldt het verbod tot 04.00 uur.
3. Voor eet- en drinkgelegenheden waar eten en drinken kan worden afgehaald voor gebruik elders dan ter plaatse geldt dat bezoekers ten behoeve van de afhaalfunctie mogen worden toegelaten tot 0.00 uur mits maatregelen zijn getroffen waardoor de aanwezigen in of bij de toegang te allen tijde 1,5 meter afstand tot elkaar kunnen houden. Deze eet- en drinkgelegenheden dienen om 02.00 uur voor publiek gesloten te zijn. In deze eet- en drinkgelegenheden is het verboden om na 22.00 uur alcohol te verstrekken.
4. indien de eet- en drinkgelegenheid is gevestigd is een inrichting die tevens over andere functies beschikt, beperken de in het eerste en tweede lid genoemde verboden zich tot het deel waar de eet- en drinkgelegenheid in en bioscoop, casino, speelhal, theater, studentenvereniging en stripclub.
6. Dit artikel is niet van toepassing op eet- en drinkgelegenheden die zich bevinden op luchthavens na de securitycheck (airside).