4.4De bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte
1
op 10 november 2021 te Breda en Roosendaal, opzettelijk buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht als bedoeld in artikel 1 lid 5 van de Opiumwet, ongeveer 10.000 gram hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij die wet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
2
op 10 november 2021 te Breda en Roosendaal, een identiteitsbewijs als bedoeld in het eerste lid van artikel 231 van het Wetboek van Strafrecht, te weten een nationale identiteitskaart van België, voorzien van documentnummer [identiek nummer] en op naam gesteld van [naam 1], geboren op [geboortedag naam] te [geboorteplaats naam], waarvan hij, verdachte, wist dat deze vals of vervalst was, voorhanden heeft gehad;
3
op 10 november 2021 te Breda en Etten-Leur en Roosendaal, als bestuurder van een voertuig (personenauto, kenteken [kenteken 1]),
daarmee rijdende op de weg,
- de Princenhagenlaan en
- de Ettensebaan en
- de Rithsestraat en
- de snelweg A58,
zich opzettelijk zodanig heeft gedragen dat de verkeersregels in ernstige mate werden geschonden door
- meermalen, verkeersaanwijzingen van daartoe op grond van de Wegenverkeerswet 1994 bevoegde personen niet op te volgen, namelijk door meermalen geen gevolg te geven aan het door politieambtenaren gegeven stop- en/of volgtekens en
- meermalen door rood licht te rijden en
- meermalen een langere periode/afstand met een (veel) hogere snelheid dan de ter plaatse toegestane snelheid te rijden, en
- meermalen, op het voor het tegemoetkomend verkeer bestemde weggedeelte van die weg/wegen terecht te komen en
- meermalen tegen de rijrichting in te gaan rijden en te blijven rijden en
- meermalen, zich op voornoemde A58 bevindende weggebruikers rechts in te halen en
- meermalen (met een hoge snelheid) van links naar rechts en rechts naar links te manoeuvreren en
- ( met een te hoge snelheid) over een vluchtstrook te rijden en daarbij meerdere, langzaam rijdende en/of stilstaande voertuigen te passeren en
- tegen drie personenauto’s met daarin [naam 3], [naam 2] [getuige] te botsen,
door welke verkeersgedragingen van verdachte levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor anderen te duchten was;
4
op 10 november 2021 te Breda en Etten-Leur en Roosendaal, als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto, kenteken [kenteken 1]) heeft gereden op de weg,
- de Princenhagenlaan en
- de Ettensebaan en
- de Rithsestraat en
- de snelweg A58,
zonder dat aan hem door de daartoe bevoegde autoriteit, als bedoeld in artikel 116 lid 1 van de Wegenverkeerswet 1994 een rijbewijs was afgegeven voor de categorie van motorrijtuigen, waartoe dat motorrijtuig behoorde.
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.