ECLI:NL:RBZWB:2021:748

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
18 februari 2021
Publicatiedatum
24 februari 2021
Zaaknummer
AWB- 19_4700
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • T. Peters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen besluit registratie gegevens in de Basisregistratie Kadaster

In deze zaak heeft eiseres, samen met haar echtgenoot, beroep ingesteld tegen een besluit van de bewaarder van het kadaster over de registratie van gegevens in de Basisregistratie Kadaster (BRK) met betrekking tot percelen in Halsteren. Het bestreden besluit, dat op 1 augustus 2019 is genomen, verklaarde het verzoek van eiseres tot herstel van de kadastrale grenzen ongegrond. Eiseres stelde dat de grenzen van haar percelen onjuist waren vermeld en dat er een fout was gemaakt bij de registratie. De rechtbank heeft de zaak behandeld op 7 januari 2021 in Breda, waar eiseres en haar gemachtigde aanwezig waren, evenals de bewaarder, mr. I.J. Tromp.

De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres sinds 2002 eigenaar is van een perceel in Halsteren en dat er in 2019 een grensreconstructie heeft plaatsgevonden. Eiseres heeft een verzoek tot herstel ingediend, dat door de bewaarder is afgewezen op basis van de Kadasterwet. De bewaarder heeft onderzocht of er een verschil was tussen de gegevens in het brondocument en de BRK, en concludeerde dat de gegevens overeenkwamen. Eiseres heeft tijdens de zitting een PowerPointpresentatie overgelegd waarin zij haar standpunt toelichtte, maar de rechtbank oordeelde dat de bewaarder terecht het verzoek tot herstel had afgewezen.

De rechtbank heeft geoordeeld dat de relazen van bevindingen niet meer ter discussie kunnen staan en dat de gegevens in de BRK correct zijn. Het beroep van eiseres is ongegrond verklaard, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. T. Peters en openbaar gemaakt op 18 februari 2021.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Bestuursrecht
zaaknummer: BRE 19/4700 KADAST

uitspraak van 18 februari 2021 van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[naam eiseres] , te [plaatsnaam] , eiseres,

gemachtigde: mr. M.R.A. Arntz,
en

de bewaarder van het kadaster en de openbare registers, verweerder.

Procesverloop

Eiseres heeft beroep ingesteld tegen het besluit van 1 augustus 2019 (bestreden besluit) van de bewaarder over de registratie van gegevens in de Basisregistratie Kadaster (BRK) over de percelen Halsteren, sectie C, nummers 7811, 5160 en 5161.
Het beroep is besproken ter zitting in Breda op 7 januari 2021. Daarbij waren aanwezig eiseres met haar partner [naam partner] en haar gemachtigde, en de bewaarder mr. I.J. Tromp.

Overwegingen

1.
Feiten
Op grond van de stukken en de behandeling ter zitting gaat de rechtbank uit van de volgende feiten en omstandigheden.
Eiseres is, samen met haar echtgenoot, sinds 2002 eigenaar van het perceel plaatselijk bekend [adres] in [plaatsnaam] , kadastraal bekend gemeente [plaatsnaam] , sectie C, de nummers 3508, 5038, 5043, 5160, 6453, 7810, 7811 en 7812, tezamen groot twaalf aren veertig centiaren.
Op 3 januari 2019 heeft er een grensreconstructie plaatsgevonden op verzoek van [naam eigenaar aangrenzende perceel] , de eigenaar van het aangrenzende perceel, waarbij ook eiseres en haar echtgenoot aanwezig waren.
Op 9 april 2019 heeft eiseres een brief gestuurd aan het kadaster, waarin zij stelt dat de grenzen van de percelen [plaatsnaam] , sectie C, nummers 7811, 5160 en 5161 onjuist zijn vermeld in de BRK. De bewaarder heeft deze brief aangemerkt als een verzoek om herstel in de zin van artikel 7t van de Kadasterwet.
Bij besluit van 28 mei 2019 (primair besluit) heeft de bewaarder het verzoek van eiseres tot herstel afgewezen. Daartoe heeft de bewaarder overwogen dat, op grond van artikel 7t van de Kadasterwet, een belanghebbende een verzoek tot herstel kan indienen indien er sprake is van een misslag met betrekking tot de bijwerking van de BRK. Dit houdt in dat er sprake moet zijn van een verschil tussen de gegevens in het brondocument (het relaas van bevindingen) en de gegevens in de BRK. De bewaarder heeft gecontroleerd of er een verschil in tussen de gegevens in het brondocument en de gegevens in de BRK. Uit het onderzoek is gebleken dat de gegevens in de BRK overeenkomen met de gegevens van het stuk dat in het openbaar register is ingeschreven.
Op 27 juni 2019 heeft eiseres bezwaar gemaakt tegen het primaire besluit.
Bij het bestreden besluit heeft de bewaarder het bezwaar van eiseres kennelijk ongegrond verklaard. Daaraan heeft de bewaarder ten grondslag gelegd dat, op grond van artikel 39, tweede lid, van de Kadasterregeling, de gegevens in de BRK moeten overeenkomen met de gegevens van het stuk dat in het openbaar register is ingeschreven. Het stuk is ingeschreven in het Register Hypotheken 4 in deel 13862, nummer 51 Breda. Uit onderzoek is de bewaarder gebleken dat de letterlijke tekst van het ingeschreven stuk in de BRK is overgenomen.
2.
Beroepsgronden
Eiseres heeft een PowerPointpresentatie (in papieren vorm) overgelegd waarin de situatie omtrent de totstandkoming van de verschillende kadastrale percelen chronologisch wordt uitgelegd. Eiseres stelt dat in de BRK de erfgrens tussen haar perceel en het aangrenzende perceel verkeerd is ingetekend, omdat de erfgrens op basis van het relaas van bevindingen uit 1996, met archiefnummer 2125, anders moet worden ingetekend. Op pagina 26 van de PowerPointpresentatie is te zien dat de erfgrens aan de rechterkant verder naar rechts is aangewezen dan de erfgrens van het tegenover de woning van eiseres gelegen perceel.
De oorzaak van deze fout is waarschijnlijk gelegen in het veldwerk dat is uitgevoerd in 1973. Het is eiseres niet duidelijk hoe het komt dat er in 1973 een fout wordt gemaakt die in januari 2019 wordt herhaald, terwijl er in 1996 veldwerk heeft plaatsgevonden, waarin de fout eigenlijk al is hersteld.
3.
Wettelijk kader
Op grond van artikel 7t, eerste lid, van de Kadasterwet kan een belanghebbende, indien hij gerede twijfel heeft omtrent de juistheid van een in de basisregistratie kadaster opgenomen gegeven dat krachtens deze wet als authentiek is aangemerkt, […] onder opgaaf van redenen aan de Dienst een verzoek tot herstel van dat gegeven in de basisregistratie kadaster doen.
4.
Beoordeling
4.1
Uit de wetsgeschiedenis van artikel 7t van de Kadasterwet (Kamerstukken II 2005/06, 30 544, nr. 3, blz. 18 en 20) kan worden afgeleid dat met deze bepaling is beoogd een regeling te bieden voor het ambtshalve of op verzoek herstellen van misslagen (zie o.a. de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 11 april 2018, ECLI:NL:RVS:2018:1195). Dit houdt in dat er sprake moet zijn van een verschil tussen het brondocument en de BRK. Het kan zich alleen richten tegen het feit dat de bijwerking van de registratie niet juist is. Het verzoek om herstel kan niet worden gebruikt als men het niet eens is met het resultaat van de bijwerking. Tegen het resultaat van de bijwerking is immers bezwaar mogelijk (geweest).
4.2
Op 16 november 1972 is de zuidoostgrens van perceel 5042 eensluidend aangewezen met het oog op verkoop (zie relaas van bevindingen met nummer 1098). Dit is nu de zuidoostgrens van het perceel 7811. Vervolgens is een gedeelte van het perceel 5042 aan de gemeente overgedragen.
Op 5 september 1995 heeft eensluidend aanwijs plaatsgevonden van de zuidgrens van onder andere perceel 7811 (zie relaas van bevindingen met nummer 2125).
Naar aanleiding van de vorming van percelen en het bijwerken van de kadastrale registratie worden belanghebbenden door middel van een kennisgeving van de bijwerking op de hoogte gesteld. Daar kunnen ze dan bezwaar tegen maken. Hier is geen gebruik gemaakt van de bezwaarmogelijkheid. De besluitvorming is daarmee onherroepelijk geworden.
4.3
Naar aanleiding van het verzoek om herstel van eiseres heeft de bewaarder de grenzen die op de kadastrale kaart (BRK) zijn weergeven gecontroleerd met de gegevens op de relazen van bevindingen (brondocumenten) waarbij de grenzen van perceel 7811 zijn ontstaan. Uit dit onderzoek is gebleken dat de kadastrale grenzen juist op de kadastrale kaart staan afgebeeld. De gegevens in de BRK stemmen dus overeen met de gegevens in de brondocumenten.
Zoals onder 4.1 is gesteld, kunnen de relazen van bevindingen niet meer ter discussie staan. Over de juistheid van brondocumenten kan alleen bij de burgerlijke rechter worden geprocedeerd, maar de bewaarder heeft ter zitting toegelicht dat er naar haar mening geen fout is gemaakt bij de aanwijs.
Gelet op het voorgaande heeft de bewaarder terecht het verzoek van eiseres tot herstel van in de BRK opgenomen grenzen van het perceel afgewezen.
5.
Conclusie
Het beroep zal ongegrond worden verklaard.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. T. Peters, rechter, in aanwezigheid van mr. M.A. de Rooij, griffier, op 18 februari 2021 en openbaar gemaakt door geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de dag van verzending daarvan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.