ECLI:NL:RBZWB:2021:665
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens niet tijdige betaling van griffierecht en ontbreken van besluit
Op 17 februari 2021 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen een eiser en de Belastingdienst/Toeslagen. De eiser had op 3 augustus 2020 bezwaar gemaakt tegen een besluit van de Belastingdienst, maar dit bezwaar werd door de Belastingdienst als beroepschrift aangemerkt en doorgestuurd naar de rechtbank. De rechtbank ontving het beroepschrift op 28 oktober 2020.
De rechtbank constateerde dat de eiser niet had voldaan aan de verplichting tot betaling van griffierecht en het indienen van een kopie van het besluit waartegen beroep werd ingesteld. Eiser was herhaaldelijk gewezen op deze verplichtingen, maar heeft geen betaling gedaan en geen kopie van het besluit ingediend. Hierdoor kon de rechtbank niet anders dan het beroep niet-ontvankelijk verklaren.
De rechtbank baseerde haar beslissing op verschillende artikelen uit de Algemene wet bestuursrecht (Awb), die de voorwaarden voor het indienen van een beroepschrift en de verplichting tot betaling van griffierecht regelen. De uitspraak werd openbaar gemaakt via geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Eiser heeft de mogelijkheid om verzet aan te tekenen tegen deze uitspraak binnen zes weken na verzending.