ECLI:NL:RBZWB:2021:6310
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet tijdig betalen griffierecht
Op 10 december 2021 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak tussen een eiser en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tilburg. De eiser had op 3 september 2021 beroep ingesteld tegen een besluit van het college. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat de eiser het verschuldigde griffierecht van € 181,- niet tijdig heeft betaald. De griffier had de eiser in de gelegenheid gesteld om het griffierecht te voldoen binnen vier weken na dagtekening van zowel een gewone als een aangetekende brief, maar de eiser heeft hier geen gehoor aan gegeven en geen verontschuldiging voor het verzuim gegeven.
De rechtbank heeft in haar overwegingen uiteengezet dat het niet tijdig betalen van het griffierecht leidt tot niet-ontvankelijkheid van het beroep, tenzij er sprake is van een verontschuldigbare reden. Aangezien de eiser geen reden heeft opgegeven voor het niet tijdig betalen, heeft de rechtbank geen aanleiding gezien om het beroep ontvankelijk te verklaren. De beslissing van de rechtbank is genomen zonder zitting, conform artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De rechtbank heeft in haar beslissing geen proceskostenveroordeling opgelegd, aangezien er geen aanleiding voor was. De uitspraak is gedaan door mr. L.P. Hertsig, rechter, en is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl. Partijen zijn geïnformeerd over de uitspraak en hebben de mogelijkheid om binnen zes weken een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens zijn met de uitspraak.