ECLI:NL:RBZWB:2021:5209
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijk verklaring van beroep inzake boete op grond van de Wet dieren
Op 14 oktober 2021 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak waarbij de eiser, [naam eigenaar hondenpension], beroep had ingesteld tegen een besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken over een boete op grond van de Wet dieren en het Besluit houders van dieren. De rechtbank heeft de zaak behandeld zonder zitting, op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De eiser, eigenaar van een hondenpension, is op 10 februari 2021 overleden. De rechtbank heeft de erven van de eiser op 23 maart 2021 verzocht om aan te geven of de procedure wordt voortgezet en om een verklaring van erfrecht in te zenden. Ondanks herhaalde verzoeken heeft de rechtbank geen reactie ontvangen van de erven.
De rechtbank concludeert dat er geen procesbelang is bij een inhoudelijke beoordeling van het beroep, aangezien de erven kennelijk geen belang hebben bij het voortzetten van de procedure. Daarom heeft de rechtbank het beroep (kennelijk) niet-ontvankelijk verklaard. De uitspraak is gedaan door mr. L.P. Hertsig, rechter, en openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.