In deze zaak heeft eiseres beroep ingesteld tegen het besluit van het UWV van 27 september 2019, waarbij haar Ziektewet-uitkering per 30 mei 2019 is beëindigd. Eiseres, die zich op 30 april 2018 ziek meldde, heeft een complexe medische geschiedenis met rugklachten en darmklachten. De rechtbank heeft het onderzoek ter zitting op 27 oktober 2020 gesloten, maar heropend op 6 november 2020 om een deskundige te raadplegen. De deskundige, verzekeringsarts Erdogan, heeft op 2 april 2021 gerapporteerd en geconcludeerd dat de belastbaarheid van eiseres correct is vastgesteld door het UWV. De rechtbank heeft de rapportage van Erdogan als overtuigend beoordeeld en de medische oordelen van het UWV gevolgd. Eiseres heeft aangevoerd dat zij niet is gehoord in de bezwaarfase, maar de rechtbank oordeelt dat zij in deze procedure voldoende gelegenheid heeft gehad om haar standpunt naar voren te brengen. De rechtbank heeft geoordeeld dat het UWV de ZW-uitkering terecht heeft beëindigd, omdat eiseres minder dan 35% arbeidsongeschikt is. Wel heeft de rechtbank het UWV veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van eiseres, omdat de hoorplicht in bezwaar is geschonden.