Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
ex artikel 537 Svten laste van de Staat voor een bedrag van:
ex artikel 530 Svten laste van de Staat voor een bedrag van:
- € 3.558,73, voor vergoeding van kosten rechtsbijstand;
- te vermeerderen met de kosten met betrekking tot het opstellen en indienen van het verzoekschrift ad € 280,00 dan wel € 550,00 bij behandeling van het verzoekschrift in raadkamer;
- de schriftelijke reactie van de officier van justitie; en
- de overige stukken uit het bijbehorende raadkamerdossier met voornoemd raadkamernummer
2.De beoordeling
2 dagen op het politiebureau doorgebracht. De LOVS-uitgangspunten gaan uit van een forfaitaire vergoeding van € 105,00 per dag voor het verblijf op het politiebureau.
€ 210,00.
€ 3.558,73is in voldoende mate onderbouwd en komt de rechtbank niet onbillijk voor. De rechtbank zal dit bedrag toewijzen.
€ 550,00toegekend.
3.De beslissing
€ 210,00, voor schade die verzoeker heeft geleden ten gevolge van vrijheidsbeneming die voorafgaand aan de beslissing op de vordering tot herroeping van de voorwaardelijke invrijheidsstelling is ondergaan;
€ 4.318,73zal worden overgemaakt op rekeningnummer [rekeningnummer] ten name van Stichting Derdengelden Takens Admiraal Advocaten te Amsterdam, onder vermelding van “ [dossiernummer] ”.