4.4De bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte
feit 1, primair
op tijdstippen in de periode van 1 mei 2018 tot en met
31 mei 2020te Kruiningen, gemeente Reimerswaal,
meermalen (telkens)door een andere feitelijkheid, [slachtoffer] heeft gedwongen tot het ondergaan van een of meer
handelingen die bestonden uit het seksueel
binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer] , hebbende verdachte zijn
vinger(s) en zijn penis in de vagina van die [slachtoffer] gebracht en
bestaande die andere feitelijkheid hierin dat verdachte:
- 20 jaar ouder was dan die [slachtoffer] , en
- die [slachtoffer] heeft gezegd en doen geloven dat, nadat die [slachtoffer] verdachte
in
vertrouwenhad genomen omtrent een negatieve seksuele ervaring, het belangrijk
was daar een
positieveervaring tegenover te stellen en hij haar die
positieveseksuele
ervaring kon geven, en
- de fysieke aanrakingen geleidelijk aan heeft opgevoerd van een arm om die
[slachtoffer] heen te slaan en knuffelen
naar seksuele handelingen, waarbij verdachte door de opbouw het verzet kon
breken bij die [slachtoffer] , en
- die [slachtoffer] heeft aangegeven dat hij verliefdheidsgevoelens voor haar had,
en
- als een soort vertrouwenspersoon voor die [slachtoffer] heeft opgetreden, en
- haar in vertrouwen heeft genomen over de
huwelijksproblemenmet zijn,
verdachtes, vrouw, en
- haar complimenten heeft gegeven over haar lichaam, terwijl verdachte wist dat die
[slachtoffer] erg onzeker was en zich zelfs sneed, en
(aldus) geestelijk overwicht op die [slachtoffer] had en een afhankelijkheidsrelatie
heeft doen ontstaan waardoor die [slachtoffer] zich niet, aan
bovengenoemde handelingen kon en durfde te onttrekken;
feit 2, primair
op tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2017 tot en
met
31 mei 2020te Kruiningen, gemeente Reimerswaal,
meermalen (telkens),
door een andere feitelijkheid [slachtoffer] heeft gedwongen tot het plegen en dulden van een of meer
ontuchtige handelingen, te weten het betasten van de borsten en billen en
vagina van die [slachtoffer] en het zoenen van die [slachtoffer] en het naakt op die
[slachtoffer] gaan liggen en die [slachtoffer] zijn, verdachtes, penis te laten betasten
en bestaande die andere feitelijkheid hierin dat verdachte:
- 20 jaar ouder was dan die [slachtoffer] , en
- die [slachtoffer] heeft gezegd en doen geloven dat, nadat die [slachtoffer] verdachte
in
vertrouwenhad genomen omtrent een negatieve seksuele ervaring, het belangrijk
was daar een
positieveervaring tegenover te stellen en hij haar die
positieveseksuele
ervaring kon geven, en
- de fysieke aanrakingen geleidelijk aan heeft opgevoerd van een arm om die
[slachtoffer] heen te slaan en knuffelen
naar seksuele handelingen, waarbij verdachte door de opbouw het verzet kon
breken bij die [slachtoffer] , en
- die [slachtoffer] heeft aangegeven dat hij verliefdheidsgevoelens voor haar had,
en
- als een soort vertrouwenspersoon voor die [slachtoffer] heeft opgetreden, en/of
- haar in vertrouwen heeft genomen over de
huwelijksproblemenmet zijn,
verdachtes, vrouw, en
- haar complimenten heeft gegeven over haar lichaam, terwijl verdachte wist dat die
[slachtoffer] erg onzeker was en zich zelfs sneed, en
(aldus) geestelijk overwicht op die [slachtoffer] had en een afhankelijkheidsrelatie
heeft doen ontstaan waardoor die [slachtoffer] zich niet, aan
bovengenoemde handelingen kon en durfde te onttrekken.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.