4.3.2De bijzondere overwegingen met betrekking tot het bewijs
De vraag die de rechtbank moet beantwoorden is of verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan (gewoonte-)witwassen van de acht tenlastegelegde auto’s.
Juridisch kader
In deze zaak kan geen direct verband worden gelegd tussen een bepaald misdrijf en de acht tenlastegelegde auto’s (en onderdelen voor die auto’s). Verdachte is niet veroordeeld voor of wordt niet verdacht van feiten die de herkomst van die auto’s direct verklaren. Dat betekent dat er geen gronddelict bekend is. De rechtbank zal daarom gebruik maken van het hiervoor ontwikkelde toetsingskader uit het reeds genoemde 6-stappen arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 11 januari 2013 (ECLI:NL:GHAMS:2013:BY8481). Hieruit volgt dat het in de tenlastelegging opgenomen bestanddeel ‘afkomstig uit enig misdrijf’ pas bewezen kan worden indien het op grond van de vastgestelde feiten en omstandigheden niet anders kan zijn dan dat de voorwerpen uit enig misdrijf afkomstig zijn. Daarvoor moet allereerst worden vastgesteld of de aangedragen feiten en omstandigheden van zodanige aard zijn dat zonder meer sprake is van een vermoeden van witwassen. Als dit het geval is, dan mag van verdachte worden verlangd dat hij een verklaring geeft voor de herkomst van de goederen. Deze verklaring moet concreet, min of meer verifieerbaar en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijk zijn. Bij de beoordeling van deze verklaring spelen de omstandigheden waaronder en het moment en de wijze waarop deze tot stand is gekomen een rol. Zo kan het van belang zijn of de verdachte van meet af aan een tegenwicht tegen de verdenking heeft geboden of dat hij pas in een laat stadium van het onderzoek is gaan verklaren. Zodra de verklaring van verdachte voldoende tegenwicht biedt, is het aan het Openbaar Ministerie om nader onderzoek te doen naar de door verdachte gestelde alternatieve herkomst van de goederen. Uit de resultaten van dat onderzoek zal moeten blijken of met voldoende mate van zekerheid kan worden uitgesloten dat de goederen waarop de verdenking betrekking heeft een legale herkomst hebben en dat een criminele herkomst als enige aanvaardbare verklaring overblijft.
Beoordeling
Vermoeden van witwassen
Over het vermoeden van witwassen overweegt de rechtbank het volgende.
Uit het dossier blijkt dat [Naam 2] , oom van verdachte en broer van [Naam 3] , al op 24 februari 2015 een verklaring heeft afgelegd waarin hij onder meer over verdachte verklaart dat hij in 2009 is opgepakt in België voor wapen- en cocaïne handel, hij in dure auto’s reed en er zelfs meerdere tegelijk gebruikte, hij wel zes hennepkwekerijen heeft, en hij veel auto’s omkat en bewerkt voor drugstransporten. Ook zou er een vuurwapen liggen tussen de dubbele wanden van het bedrijf van [Naam 3] , welke ruimte ook wordt gebruikt voor opslag van drugs en gestolen auto-onderdelen. Tijdens een doorzoeking van het autoschadebedrijf [Naam 3] in Roosendaal werden vervolgens ook daadwerkelijk 452,1 gram hasj, een vuurwapen met daarin 8 patronen en 8 losse patronen aangetroffen.
Verder blijkt uit het dossier dat de politie meerdere malen heeft waargenomen dat verdachte gebruik maakte van een bruine BMW 530D met het kenteken [Kenteken] . Dit betreft een voertuig uit het luxere segment dat van 12 oktober 2017 tot 10 maart 2018 op naam van verdachte heeft gestaan. Ook blijkt uit het dossier dat verdachte sinds medio april 2013 tot augustus 2018 meerdere voertuigen op zijn naam heeft gehad uit het duurdere en exclusieve segment, namelijk een Mercedes Benz met kenteken [Kenteken] , een Mercedes Benz met kenteken [Kenteken] , een Mercedes Benz met kenteken [Kenteken] , een Porsche met kenteken [Kenteken] , een BMW met kenteken [Kenteken] en een Audi met kenteken [Kenteken] . Dit betroffen schade-auto’s. Over de aanschafprijs en de geschatte reparatiekosten van voornoemde auto’s is het volgende gebleken:
- Mercedes Benz met kenteken [Kenteken] :
Aanschafprijs € 9.500,-,
Reparatiekosten inclusief BTW en arbeidsloon € 23.212,04.
- Mercedes Benz met kenteken [Kenteken] :
Aanschafprijs € 13.000,-
Reparatiekosten inclusief BTW en arbeidsloon € 27.631,08.
- Mercedes Benz met kenteken [Kenteken] :
Aanschafprijs € 6.500,-
Reparatiekosten inclusief BTW en arbeidsloon € 23.034,20.
- Porsche met kenteken [Kenteken] :
Aanschafprijs € 6.500,-
Schadebedrag € 83.850,62
- BMW met kenteken [Kenteken] :
Aanschafprijs € 4.000,-
Reparatiekosten inclusief BTW en arbeidsloon € 23.042,72
- Audi met kenteken [Kenteken] :
Aanschafprijs € 6.500,-
Reparatiekosten inclusief BTW en arbeidsloon € 12.906,10.
- BMW 530D met het kenteken [Kenteken]
Aanschafprijs € 1.250,-
Reparatiekosten inclusief BTW en arbeidsloon € 14.220,71.
Tot slot blijkt in dit kader uit het dossier dat verdachte als autoschademonteur werkzaam was bij [Bedrijfsnaam] in Roosendaal. Onderzocht is wat het inkomen van een autoschademonteur met een gemiddeld dienstverband van 10 jaar bedraagt. Dat is € 2.379,- bruto en € 1.901,50 netto per maand en dat komt neer op een bruto jaarloon van € 28.548,-. Ook is gekeken naar wat verdachte in de tenlastegelegde periode aan loon op zijn bankrekening heeft ontvangen.
Hieruit volgt dat de aankoopbedragen en (geschatte) reparatiekosten van de auto’s aanzienlijk hoger waren dan de ontvangen inkomsten voor zijn werkzaamheden in loondienst.
De rechtbank is van oordeel dat de hiervoor aangehaalde feiten en omstandigheden tezamen het vermoeden rechtvaardigen dat de auto’s en de herstelkosten daarvan zijn betaald met geld dat uit enig misdrijf afkomstig is. De transacties staan immers niet in verhouding tot de inkomsten. Daarnaast is het een feit van algemene bekendheid dat met de handel in verdovende middelen inkomsten worden gegenereerd.
Concrete, min of meer verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring
Indien sprake is van zo’n vermoeden mag van verdachte worden verlangd dat hij een concrete, min of meer verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring geeft over de herkomst van het geld.
Totstandkoming verklaring
Uit het dossier blijkt dat verdachte vier keer door de politie is verhoord over de gerezen witwasverdenking, namelijk op 9 augustus 2018, 10 augustus 2018, 11 augustus 2018 en 29 maart 2019. Hij is geconfronteerd met de hem incriminerende feiten en omstandigheden. Verdachte heeft zich tijdens alle vier de verhoren op zijn zwijgrecht beroepen. Eerst op 14 mei 2019 heeft verdachte via zijn raadsman een verweerschrift ingediend met daarin zijn schriftelijke verklaring, calculaties per auto die zien op de kosten van aanschaf en herstel, afschriften van nota’s en marktplaatsadvertenties. Vervolgens zijn er voor de pro-forma zitting van 19 februari 2020 door de verdediging onderzoekswensen ingediend. Gelet op de tot dan toe schriftelijk verlopen procedure, wat in het strafrecht niet gebruikelijk is, vond de rechtbank het toen wenselijk dat verdachte naar aanleiding van zijn schriftelijke verklaring eerst door de politie zou worden gehoord. Dit omdat uit een volwaardig verhoor bij de politie kan blijken of en in welke mate verdachte bereid is openheid van zaken te geven. Daarmee heeft de verdediging uiteindelijk ingestemd maar op de volgende pro-forma zitting van 6 november 2020 is gebleken dat verdachte toch van deze door de rechtbank geboden gelegenheid heeft afgezien. Daaruit volgt dat het de keuze van verdachte is geweest om enkel een schriftelijke visie op de verdenking te geven en geen vragen hierover van de politie te beantwoorden. Pas op de inhoudelijke behandeling van 27 juli 2021 is het tot beantwoording van vragen door verdachte gekomen. De rechtbank weegt dit mee bij de beoordeling van de verklaring van verdachte.
Inhoud verklaring
Uit de schriftelijke verklaring van verdachte blijkt kort samengevat dat hij in 2013 ‘een gokje wilde wagen’ door een schadeauto uit het duurdere segment te kopen en op te knappen omdat het altijd zijn droom was geweest om in een mooie auto te rijden. Om dit gokje te wagen heeft hij een geldbedrag van € 20.000,- geleend bij vrienden. Daarnaast had hij wat spaargeld uit de periode dat hij nog thuis woonde en door de op- en verkoop (na herstel) van kleinere (schade)auto's. Van dit bedrag heeft hij zijn eerste auto uit het duurdere segment aangeschaft namelijk een Mercedes C63 AMG.
Over het startkapitaal van verdachte voor de Mercedes C63 AMG overweegt de rechtbank dat inderdaad uit het dossier is gebleken dat hij voorafgaand aan de tenlastegelegde periode goedkopere auto’s heeft verkocht. De opbrengsten hiervan zijn echter onbekend. Op vragen over de hoogte van het spaargeld heeft verdachte, ook ter terechtzitting, geen antwoord gegeven. Dat maakt dat de rechtbank van oordeel is dat de verklaring van verdachte op dit punt niet concreet is gemaakt.
Over de lening van € 20.000,- heeft verdachte aanvankelijk verklaard dat hij dit van vrienden heeft geleend. Later blijkt dat het niet om meerdere vrienden gaat maar om één vriend, namelijk [Naam 4] (verder: [Naam 4] ). [Naam 4] is over de lening bij de rechter-commissaris gehoord en heeft daar de verklaring van verdachte bevestigd. Kort voor de inhoudelijke behandeling zijn ter staving van deze verklaring nog een aantal kopieën van bankafschriften van [Naam 4] aan de rechtbank toegezonden. De lening is daarmee concreet en enigszins verifieerbaar gemaakt. De rechtbank constateert echter dat [Naam 4] ten tijde van het aangaan van de lening student was. Van de toegezonden bankafschriften is bovendien gebleken dat deze op een aantal opnames bij een geldautomaat na grotendeels zwart zijn gemaakt. Daardoor is niet te controleren of er ook inkomsten dan wel terug stortingen waren. Het banksaldo van deze rekening is evenmin te zien. Daarnaast is hierop een afschrijving te zien van € 8.200,- maar deze lijkt naar een andere rekening van [Naam 4] te zijn overgemaakt. Deze bankafschriften zijn naar het oordeel van de rechtbank dan ook niet veelzeggend. Dit geldt temeer nu zowel verdachte als [Naam 4] verklaren dat de lening in contanten is verstrekt en terugbetaald en daarvan niets op papier staat. Daar komt bij dat zij het opmerkelijk acht dat een student een dergelijk bedrag aan spaargeld heeft. Verdachte heeft overigens eerder bij een staandehouding door de politie nog verklaard dat hij zijn auto door hard werken heeft kunnen betalen. Alles afwegend acht de rechtbank de gegeven en deels wisselende verklaring van verdachte over de lening dan ook hoogst onwaarschijnlijk.
Tegen deze achtergrond concludeert de rechtbank dat verdachte geen concrete, min of meer verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring heeft gegeven over het startkapitaal waarmee hij zijn eerste auto uit het duurdere segment heeft aangeschaft, te weten de Mercedes C63 AMG met het kenteken [Kenteken] . Aldus is het vermoeden van witwassen al bij de start van de reeks tenlastegelegde door verdachte gekochte, opgeknapte en verkochte auto’s uit het duurdere segment niet ontzenuwd. Met voldoende mate van zekerheid kan worden uitgesloten dat de aankoop en het herstel van de Mercedes C63 AMG met het kenteken [Kenteken] een legale herkomst heeft waardoor een criminele herkomst als enige aanvaardbare verklaring overblijft.
Vervolgkopen
Nu volgens verdachte met de opbrengst van de eerste auto uit het duurdere segment de volgende is gekocht en van de verkoop van die auto weer de daaropvolgende en zo verder tot aan de BMW 530D met het kenteken [Kenteken] , is sprake van het omzetten van het oorspronkelijke bedrag en de eerste auto, telkens in een andere auto. Reeds om die reden kunnen ook de Mercedes Benz met kenteken [Kenteken] , de Mercedes Benz met kenteken [Kenteken] , de Porsche met kenteken [Kenteken] , de BMW met kenteken [Kenteken] , de Audi met kenteken [Kenteken] en de BMW 530 D met het kenteken [Kenteken] worden aangemerkt als zijnde van misdrijf afkomstig.
Reparatiekosten
De rechtbank is ten aanzien van de reparatiekosten echter van oordeel dat het witwasvermoeden ten aanzien van deze kosten wel voldoende ontzenuwd is. De officier van justitie is bij de berekening van de reparatiekosten van de tenlastegelegde auto’s uitgegaan van de taxaties van [Naam 1] . Verdachte heeft daarover verklaard dat deze taxaties niet kunnen worden gebruikt omdat daarbij van nieuwe onderdelen en volledig herstelde auto’s is uitgegaan terwijl verdachte gebruik heeft gemaakt van tweedehands onderdelen die hij onder andere op Marktplaats heeft gekocht en niet alle auto’s ten tijde van de verkoop volledig waren hersteld. Evenmin is er sprake van arbeidsuren nu verdachte in zijn vrije tijd zelf aan zijn auto’s heeft gesleuteld. Btw, waar [Naam 1] vanuit gaat, is nooit in rekening gebracht. Gelet op het beroep van verdachte als autoschadehersteller acht de rechtbank deze verklaring aannemelijk en kan het door de officier van justitie berekende bedrag geen stand houden. De rechtbank zal daar bij de strafmaat rekening mee houden. Het voorgaande leidt er toe dat aan het voorwaardelijk verzoek van de verdediging tot het horen van [Naam 1] als getuige niet wordt toegekomen.
Gewoontewitwassen:
Nu alleen van het startkapitaal waarmee de reeks auto’s is aangekocht kan worden vastgesteld dat dit is witgewassen en niet van de reparatiekosten, kan naar het oordeel van de rechtbank niet van gewoontewitwassen worden gesproken. Zij spreekt verdachte daarom van dat onderdeel van het tenlastegelegde vrij.
Audi A7 met kenteken [Kenteken]
Van de Audi A7 met kenteken [Kenteken] is de rechtbank van oordeel dat op grond van het dossier niet kan worden vastgesteld dat verdachte daarvan de eigenaar was. Zij spreekt hem daarom vrij van het witwassen van deze auto.
Conclusie:
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat het niet anders kan zijn dan dat de Mercedes C63 AMG met kenteken [Kenteken] , de Mercedes Benz met kenteken [Kenteken] , de Mercedes Benz met kenteken [Kenteken] , de Porsche met kenteken [Kenteken] , de BMW met kenteken [Kenteken] , de Audi met kenteken [Kenteken] en de BMW 530 D met het kenteken [Kenteken] , heeft verworven, voorhanden heeft gehad, overgedragen, omgezet en daarvan gebruik van heeft gemaakt terwijl hij wist dat deze geheel of gedeeltelijk, middellijk of onmiddellijk, afkomstig waren uit enig misdrijf. Zij acht het tenlastegelegde voor wat betreft deze auto’s dan ook wettig en overtuigend bewezen.