ECLI:NL:RBZWB:2021:4040

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
29 juli 2021
Publicatiedatum
5 augustus 2021
Zaaknummer
C/02/387703 / FA RK 21/3343
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beslissing tot verlenen van een zorgmachtiging in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 29 juli 2021 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een beslissing genomen op het verzoek van de officier van justitie tot het verlenen van een zorgmachtiging voor betrokkene, geboren in 1970. Dit verzoek was ingediend op 13 juli 2021 en was gebaseerd op de noodzaak van verplichte zorg vanwege een psychische stoornis, specifiek een bipolaire stoornis. De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene ernstig nadeel kan ondervinden, waaronder het risico op lichamelijk letsel en maatschappelijke teloorgang, vooral tijdens manische fasen. De officier van justitie heeft verzocht om verschillende vormen van zorg, waaronder het toedienen van medicatie en medische controle, die door de rechtbank zijn goedgekeurd. De rechtbank oordeelde dat de voorgestelde zorg evenredig en effectief is, en dat er geen minder bezwarende alternatieven beschikbaar zijn. De zorgmachtiging is verleend voor een periode van zes maanden, met specifieke voorwaarden en maatregelen die moeten worden getroffen. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad en moet binnen twee weken worden uitgevoerd. Tegen deze beschikking staat beroep in cassatie open bij de Hoge Raad.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Strafrecht
Zittingsplaats: Middelburg
Zorgmachtiging
Zaaknummer: C/02/387703 / FA RK 21/3343
Beslissing d.d. 29 juli 2021op het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 2.3, eerste lid, Wet forensische zorg (Wfz) en artikel 6:4 Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene] ,
geboren op [geboortedag] 1970 te [geboorteplaats] ,
verblijvende te [adres] ,
hierna te noemen betrokkene,
raadsvrouw mr. E.H.M. Graafmans, advocaat te Goes.

1.Procesverloop

De officier van justitie heeft verzocht een zorgmachtiging ten behoeve van betrokkene te verlenen. Dit verzoekschrift is op 13 juli 2021 bij de rechtbank binnengekomen. Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- de medische verklaring;
- de zorgkaart inclusief de bijlagen;
- het zorgplan inclusief de bijlagen;
- de bevindingen van de geneesheer-directeur van Emergis;
- de politiegegevens en de strafvorderlijke en justitiële gegevens van betrokkene die relevant kunnen zijn voor de beoordeling van het ernstig nadeel.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 15 juli 2021 in het gebouw van de rechtbank op de locatie Middelburg.
Ter zitting waren aanwezig en zijn gehoord:
- betrokkene;
- de raadsvrouw van betrokkene;
- de officier van justitie;
- de deskundige [naam 1] (geneesheer-directeur Emergis)
- de deskundige [naam 2] (psycholoog).

2.Standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft de rechtbank verzocht een zorgmachtiging te verlenen. Ten aanzien van de verschillende vormen van zorg en de op te leggen duur heeft de officier van justitie verwezen naar het verzoekschrift. Ter toelichting heeft zij op zitting naar voren gebracht dat van de in het verzoekschrift opgenomen eerste categorie van gedwongen zorg alleen het toedienen van medicatie en het verrichten van medische controle worden verzocht. Verblijf in een accommodatie is niet verzocht, omdat deze vorm van zorg beter via forensische weg kan worden uitgevoerd vanwege het hogere beveiligingsniveau dat dan kan worden geboden.

3.Standpunt van betrokkene

Betrokkene en zijn advocaat zijn het eens met het verzoekschrift zoals ingediend door de officier van justitie.

4.Beoordeling

4.1
Stoornis
Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten een bipolaire stoornis. Hoewel de stukken ook aanwijzingen bevatten voor een andere stoornis hebben de deskundigen en de officier van justitie ter zitting naar voren gebracht dat voor het formuleren van hun bevindingen en het verzoekschrift alleen is uitgegaan van de bipolaire stoornis.
4.2
Ernstig nadeel
Deze stoornis leidt tot ernstig nadeel, te weten het bestaan van of aanzienlijk risico op
ernstig lichamelijk letsel, maatschappelijke teloorgang, en de situatie dat betrokkene met hinderlijk gedrag agressie van anderen oproept. Deze risico’s bestaan op het moment dat betrokkene in een manische fase verkeert. Het afgelopen jaar is betrokkene na een lange stabiele periode psychisch ontregeld geraakt en verkeerde hij in een manische fase. In deze fase gebruikte hij zijn medicatie niet en nam het alcoholgebruik flink toe. In die periode kwam hij in conflict met zijn omgeving en pleegde hij strafbare feiten, te weten dwang. Ook was hij grotendeels onbereikbaar voor vrijwillige zorg.
4.3
Noodzaak verplichte zorg
Om ernstig nadeel af te wenden heeft betrokkene verplichte zorg nodig. Betrokkene is inmiddels door medicatiegebruik in de gecontroleerde setting van een huis van bewaring gestabiliseerd na zijn manische decompensatie. Gebleken is echter dat betrokkene wispelturig is in zijn medicatietrouw. Het is onzeker of hij na vertrek uit het huis van bewaring zelfstandig het medicatiegebruik structureel zal voortzetten en of hij zich kan onthouden van het gebruik van alcoholhoudende drank. Gebleken is voorts dat er geen mogelijkheden zijn voor passende zorg op vrijwillige basis op het moment dat betrokkene in een manische fase verkeerd. Om deze redenen is verplichte zorg nodig. De in het verzoekschrift genoemde vormen van zorg zijn gebaseerd op het zorgplan, de medische verklaring en het advies van de geneesheer-directeur.
4.4
Verzochte vormen van zorg
De volgende vormen van zorg worden voor na te noemen duur verzocht:
- toedienen van medicatie voor zes maanden;
- het verrichten van medische controle voor zes maanden;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen voor zes maanden;
- controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen voor zes maanden;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen voor zes maanden.
4.5
Evenredigheid en effectiviteit
De voorgestelde verplichte zorg is naar het oordeel van de rechtbank evenredig en naar verwachting effectief. Bij het bepalen van de juiste zorg is rekening gehouden met de veiligheid van betrokkene en met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen. De rechtbank merkt daarbij op dat de voorgestelde vormen van verplichte zorg niet los gezien kunnen worden van de bij vonnis van 29 juli 2021 van de meervoudige kamer voor strafzaken van deze rechtbank opgelegde bijzondere voorwaarden, te weten het verblijven binnen de woonbegeleiding van DOOR Middelburg en het volgen van een ambulante behandeling bij Forensische Zorg Zeeland met de mogelijkheid van een kortdurende klinische opname van maximaal zeven weken voor crisisbehandeling en stabilisatie. Deze forensische vormen van zorg zijn nodig om de voorgestelde vormen van verplichte zorg effectief uit te kunnen voeren.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
4.6
Verweer betrokkene
Door en namens betrokkene zijn geen verweren gevoerd.
4.7
Conclusie
De rechtbank komt tot de conclusie dat is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg. De zorgmachtiging zal dan ook worden verleend voor de verzochte duur van zes maanden.
De verschillende vormen van zorg kunnen voor de in de beslissing vermelde termijnen worden toegepast. Deze termijnen zijn noodzakelijk om het doel van verplichte zorg te realiseren.

5.Beslissing

De rechtbank:
- wijst toehet verzoek van de officier van justitie en
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van
[betrokkene] ,
geboren op [geboortedag] 1970 te [geboorteplaats] ,
die inhoudt dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
- toedienen van medicatie voor zes maanden;
- het verrichten van medische controle voor zes maanden
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen voor zes maanden
- controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen voor zes maanden, en
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen voor zes maanden;
- bepaalt dat het zorgplan hieraan moet worden aangepast.
Deze zorgmachtiging is bij voorraad uitvoerbaar. De machtiging is geldig vanaf dagtekening en moet binnen twee weken ten uitvoer worden gelegd.
Deze zorgmachtiging is geldig voor de duur van zes maanden, te weten uiterlijk tot en met 29 januari 2022.
Deze beslissing is gegeven op 29 juli 2021 door mr. H. Skalonjic, voorzitter,
mr. G.H. Nomes en mr. R. de Jong, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier
mr. A.J. Moggré-Hengst.
Mrs. H. Skalonjic en R. de Jong zijn buiten staat deze beslissing te ondertekenen.
Tegen de beschikking van deze rechtbank staat voor betrokkene en officier van justitie beroep in cassatie bij de Hoge Raad open, in te stellen door een advocaat middels het indienen van een verzoekschrift bij de griffie van de Hoge Raad, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak van deze beschikking.