ECLI:NL:RBZWB:2021:3631
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Besluit tot niet-ontvankelijkheid van aanvraag dubbele kinderbijslag op grond van de Algemene Kinderbijslagwet
In deze zaak heeft eiseres, een moeder die zorg draagt voor haar dochter die intensieve zorg nodig heeft, een aanvraag ingediend voor dubbele kinderbijslag op basis van de Algemene Kinderbijslagwet (AKW). De aanvraag werd door de Sociale Verzekeringsbank (SVB) niet verder in behandeling genomen, omdat eiseres niet het vereiste aanvraagformulier had ingediend. Eiseres heeft tegen dit besluit bezwaar gemaakt, maar de SVB verklaarde het bezwaar ongegrond. De rechtbank heeft de zaak op 11 mei 2021 behandeld, waarbij eiseres niet aanwezig was, maar de SVB vertegenwoordigd was door mr. A. Marijnissen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres op 11 januari 2020 een aanvraag om dubbele kinderbijslag heeft ingediend, maar dat de SVB deze aanvraag niet verder heeft behandeld omdat de benodigde informatie ontbrak. Eiseres heeft weliswaar later aanvullende informatie ingediend, maar dit gebeurde te laat en niet via het juiste aanvraagformulier. De SVB heeft de aanvraag terecht buiten behandeling gelaten, omdat deze onvolledig was. De rechtbank heeft geoordeeld dat de SVB op goede gronden heeft gehandeld en heeft het beroep van eiseres ongegrond verklaard. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door mr. J.E.C. Vriends op 19 juli 2021 en openbaar gemaakt. Eiseres kan binnen zes weken na verzending van de uitspraak hoger beroep instellen bij de Centrale Raad van Beroep.