ECLI:NL:RBZWB:2021:3155

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
22 juni 2021
Publicatiedatum
23 juni 2021
Zaaknummer
AWB- 20_10005 Hersteluitspraak
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hersteluitspraak inzake verzet tegen eerdere uitspraak in bestuursrechtelijke procedure

Op 22 juni 2021 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende een verzet tegen een eerdere uitspraak van de verzetrechter. De zaak betreft het verzet van een opposant, die in zijn (aanvullend) verzetschrift op 6 juni 2021 had verzocht om gehoord te worden. De verzetrechter had in zijn eerdere uitspraak van 25 mei 2021 abusievelijk niet onderkend dat de opposant om een zitting had verzocht. Hierdoor was de eerdere uitspraak niet correct en diende deze te worden herzien.

De verzetrechter heeft vastgesteld dat er een kennelijke onjuistheid in de eerdere uitspraak was en heeft besloten deze uitspraak vervallen te verklaren. De verzetrechter heeft vervolgens bepaald dat het verzet alsnog op een zitting behandeld zal worden. Dit besluit is genomen zonder dat de opposant om een zitting had verzocht, maar de verzetrechter heeft dit alsnog noodzakelijk geacht.

De uitspraak is gedaan door mr. G.M.J. Kok, verzetrechter, in aanwezigheid van D. Alblas, griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de Rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open, wat betekent dat de beslissing van de verzetrechter definitief is.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Bestuursrecht
zaaknummer: BRE 20/10005 AVG V

uitspraak van 22 juni 2021 van de enkelvoudige kamer op het verzet van

[naam opposant] , te [plaatsnaam] , opposant.

Procesverloop

Op 25 mei 2021 heeft de verzetrechter uitspraak gedaan op het verzet in bovengenoemde zaak.

Overwegingen

Gebleken is dat in genoemde uitspraak een kennelijke onjuistheid is vermeld. Het betreft de volgende passage:
“Opposant heeft niet verzocht om op een zitting te worden gehoord. De verzetrechter heeft daarvoor ook geen aanleiding gezien, zodat een zitting achterwege is gebleven.”
Opposant heeft de rechtbank bij brief van 6 juni 2021 terecht bericht dat hij in zijn (aanvullend) verzetschrift uitdrukkelijk heeft verzocht om wel te worden gehoord. De verzetrechter heeft dit abusievelijk niet eerder onderkend. Daarom zal de verzetrechter de uitspraak van 25 mei 2021 vervallen verklaren en het verzet alsnog op een zitting behandelen.

Beslissing

De verzetrechter:
- verklaart voornoemde uitspraak vervallen.
Deze uitspraak is gedaan door mr. G.M.J. Kok, verzetrechter, in aanwezigheid van D. Alblas, griffier, op 22 juni 2021 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De griffier is niet in de gelegenheid deze uitspraak te ondertekenen.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.