ECLI:NL:RBZWB:2021:3104
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek om veroordeling in proceskosten na gedeeltelijke openbaarmaking van informatie door de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
In deze zaak heeft de gemachtigde van verzoekster, een organisatie gevestigd te [vestigingsplaats], beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit door de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport op een verzoek om informatie op basis van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). Verzoekster vroeg om alle documenten vanaf 1 januari 2020 met betrekking tot Fluoxetine en gerelateerde onderwerpen. Op 4 mei 2021 heeft de minister besloten om de gevraagde informatie grotendeels openbaar te maken. Na dit besluit heeft verzoekster haar beroep ingetrokken, maar verzocht de minister te veroordelen in de proceskosten.
De rechtbank heeft, op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), besloten om de behandeling van het verzoek ter zitting achterwege te laten. De rechtbank overweegt dat, aangezien de minister gedeeltelijk aan verzoekster is tegemoetgekomen door de informatie openbaar te maken, er aanleiding is om de minister te veroordelen in de proceskosten. De rechtbank kwalificeert de zaak als licht, wat betekent dat de kosten voor rechtsbijstand zijn vastgesteld op € 267,-. Dit bedrag is berekend op basis van het Besluit proceskosten bestuursrecht.
Daarnaast merkt de rechtbank op dat de minister op grond van artikel 8:41, zevende lid, van de Awb het griffierecht van € 360,- aan verzoekster dient te vergoeden, waardoor een veroordeling daartoe niet nodig is. De uitspraak is gedaan door mr. L.P. Hertsig, rechter, en is openbaar gemaakt op 18 juni 2021.