Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
tussenuitspraak van de enkelvoudige kamer van 10 juni 2021 in de zaak tussen
[naam eiser] , te [plaatsnaam] , eiser,
Procesverloop
Overwegingen
Feiten en omstandigheden
Het geschil
Beroepsgronden
Eiser is met het arbeidskundig onderzoek in bezwaar er pas van op de hoogte geraakt dat het genormeerd aanschafbedrag is bepaald op basis van aanbesteding van de te leveren voorzieningen. Eiser is tijdens de aanvraagprocedure door het UWV niet gewezen op de gecontracteerde leverancier Welzorg. Ook die contractuele band was eiser, zijns inziens ten onrechte, niet bekend. Eiser vindt het ongepast dat slechts één partij de leverancier kan/mag zijn. Bovendien heeft het UWV een overeenkomst met Welzorg voor bruikleenauto’s terwijl het hier gaat om een eigen auto, wat een andere situatie is. Eiser stelt dat hem uit de gesprekken met het UWV is gebleken dat hij zelf bepaalt waar hij zijn auto kan aanschaffen en dat het bij het UWV genoeg bekend moet zijn geweest dat dit niet zou gebeuren bij Welzorg.
Voorts heeft eiser uiteengezet waarom het type 211 voor hem niet mogelijk was.Dat heeft te maken met de Worldwide Harmonised Light Vehicle Test Procedure (WLTP) regelgeving, die per 1 september 2019 van kracht is. Dit betreft een milieueis waar voertuigen aan moeten voldoen om een Nederlands kenteken te kunnen krijgen. Eiser stelt dat hij destijds navraag heeft gedaan bij drie grote Mercedes dealers (Gomez, Mercedes-Benz Dealer Bedrijven en Rogam). Het type 316 is het eerste voertuig dat door eiser bij een dealer aangeschaft kon worden volgens de WLTP regelgeving. De gehele 2 tons lijn, waaronder de 211, en ook de 3 tons, type 311 en 314, konden niet op Nederlands kenteken gezet worden.
Verweer
Wettelijk kader
Oordeel rechtbank
Conclusie