ECLI:NL:RBZWB:2021:2662
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet tijdige betaling griffierecht
Op 27 mei 2021 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen eisers en het Centraal Administratie Kantoor. Eisers hebben op 26 januari 2021 beroep ingesteld tegen een besluit van 17 december 2020 van verweerder inzake de Wet langdurige zorg (WLZ). In het procesverloop is vastgesteld dat eisers niet tijdig het verschuldigde griffierecht hebben betaald, ondanks herhaalde waarschuwingen van de rechtbank. De rechtbank heeft hen schriftelijk gewezen op de verplichting tot betaling van griffierecht en hen een termijn van vier weken gegeven om dit te voldoen. Aangezien het griffierecht niet binnen deze termijn is ontvangen, heeft de rechtbank geoordeeld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is. De rechtbank heeft de zaak zonder behandeling ter zitting afgedaan en de uitspraak is openbaar gemaakt. Tegen deze uitspraak kunnen partijen verzet doen binnen zes weken na verzending van de uitspraak.