ECLI:NL:RBZWB:2021:2541
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep inzake bijzondere bijstand Wmo door niet tijdige betaling griffierecht
Op 20 mei 2021 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen een eiser en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Breda. De eiser had op 4 februari 2021 beroep ingesteld tegen een besluit van 3 februari 2021, waarin zijn aanvraag voor bijzondere bijstand voor de eigen bijdrage Wmo was afgewezen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiser niet heeft voldaan aan de verplichting om griffierecht te betalen en ook geen gronden van beroep heeft ingediend binnen de gestelde termijnen. Eiser is herhaaldelijk gewezen op deze verplichtingen, maar heeft geen actie ondernomen. Hierdoor heeft de rechtbank geconcludeerd dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is. De uitspraak is gedaan door mr. S.A.M.L. van de Sande, in aanwezigheid van griffier C.A.F. Kalb, en is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl. De rechtbank heeft de eiser de mogelijkheid geboden om verzet aan te tekenen tegen deze uitspraak, met een termijn van zes weken na verzending.