Uitspraak
,geboren te [geboorteplaats 1] op 9 september 2008;
- [minderjarige 2] , geboren te [geboorteplaats 2] op 30 juli 2005.
Leger des Heils Jeugdbescherming en reclassering,hierna te noemen de gecertificeerde instelling (GI),
1.Het (verdere) procesverloop
2.De verdere beoordeling
primair:de moeder vervangende toestemming te verlenen voor haar verhuizing met [minderjarige 1] naar Kootwijkerbroek en te bepalen dat de vader zijn medewerking dient te verlenen aan de inschrijving van [minderjarige 1] in de gemeentelijke basisadministratie van de nieuwe gemeente, althans een zodanige beslissing te nemen als de rechtbank in het belang van [minderjarige 1] wenselijk voorkomt;
is een kwetsbaar meisje. Er is door Klaver4 een diagnostisch onderzoek gedaan naar [minderjarige 1] en haar gedrag. Er zou sprake kunnen zijn van een autismespectrumstoornis, maar er kan nog geen definitieve uitspraak worden gedaan over een eventuele diagnose. Er zijn wel grote zorgen over haar sociaal-emotionele ontwikkeling. Als de rechtbank kijkt naar alle stukken die in de dossiers zitten en de gesprekken die de rechter met [minderjarige 1] heeft gehad, dan heeft zij ook zorgen over de ontwikkeling van [minderjarige 1] . [minderjarige 1] heeft bij de moeder thuis last van heftige woedeaanvallen en het is niet bekend hoe deze ontstaan. Verder is zij heel erg gesloten. Zij heeft weinig aansluiting bij leeftijdsgenootjes, zo blijkt uit de stukken. Het vermoeden bestaat dat zij heel erg klem zit tussen de beide ouders en dat zij hier veel last van heeft. Zij past zich extreem aan in de beide opvoedsituaties die erg uiteenlopen. Zij lijkt stil te staan en haar sociaal-emotionele ontwikkeling loopt ver achter bij die van haar leeftijdgenootjes. Zij moet uit deze klem-situatie gehaald worden zodat zij zich weer kan gaan ontwikkelen. Om deze reden is het erg belangrijk dat zij duidelijkheid krijgt over de vraag bij welke ouder zij haar hoofdverblijf zal hebben. Als hier een beslissing over genomen wordt dan kan er ook hulpverlening ingezet worden vanuit de gemeente van die ouder en in die woonomgeving. De rechtbank vindt dus dat [minderjarige 1] niet langer kan wachten op een beslissing. Wachten zou schadelijker zijn voor haar ontwikkeling dan nu de knoop doorhakken over haar toekomstperspectief en vanuit die beslissing hulpverlening inzetten voor [minderjarige 1] en de ouders, zodat zij de achterstand die zij in haar sociaal-emotionele ontwikkeling kan gaan inhalen.
Sinds eind december 2020 woont [minderjarige 1] bij de vader omdat het steeds slechter ging met [minderjarige 1] bij de moeder thuis. Waarom dit zo was, is nog steeds niet helemaal bekend. Wel is duidelijk geworden uit het onderzoek van Klaver4 dat [minderjarige 1] veilig gehecht is aan de vader. Vader geeft aan positief contact te hebben met [minderjarige 1] . Ook in de gezinsobservaties door Agathos komen geen aanwijzingen voor onveiligheid in de gezinssituatie van de vader naar voren. Ten aanzien van de moeder komen aanwijzingen van een gedesorganiseerde hechting naar voren. De opvoeder (moeder) is dan tegelijkertijd een bron van veiligheid en van angst. Er is sprake van een negatieve spiraal waardoor de ouder-kindrelatie steeds verder onder druk komt te staan, aldus Klaver4. De moeder doet erg haar best in de opvoeding van [minderjarige 1] en houdt veel van haar. Wel zijn er zorgen over de opvoedingsvaardigheden van de moeder. Zij heeft moeite om aan te sluiten bij wat [minderjarige 1] gezien haar leeftijd nodig heeft en nog nodig gaat hebben. [minderjarige 1] ervaart een sterke band met haar moeder, past zich aan en probeert haar moeder niet tekort te doen.
28 september 2021 pro forma. Uiterlijk op deze datum verzoekt de rechtbank partijen om een schriftelijk standpunt in te nemen over het verzoek tot wijziging van de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken. Als er een nieuwe mondelinge behandeling nodig is dan zal er geprobeerd worden om de behandeling te combineren met het resterende verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling.
3.De beslissing
- eens in de veertien dagen van vrijdagavond tot zaterdagavond, waarbij er op zaterdag gedurende twee uur begeleiding van Agathos of een soortgelijke organisatie in de thuissituatie van de moeder aanwezig zal zijn;
- iedere dinsdag en donderdag na het avondeten gedurende maximaal 20 minuten via de telefoon en op initiatief van [minderjarige 1] en op zaterdag (als [minderjarige 1] op zaterdag niet bij de moeder is) rond 16.00 uur/16.30 uur via de telefoon en op initiatief van de moeder;