Op 30 april 2021 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen een verzoeker en het dagelijks bestuur van Orionis Walcheren. De zaak betreft een verzoek om een voorlopige voorziening in verband met de afwijzing van een aanvraag voor een uitkering op grond van de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo). Verzoeker had bezwaar gemaakt tegen het besluit van 21 januari 2021, waarin zijn aanvraag werd afgewezen. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat verzoeker en zijn echtgenote een gezamenlijk inkomen hebben dat boven de bijstandsnorm ligt, waardoor verzoeker niet in aanmerking komt voor de Tozo 3 uitkering. De voorzieningenrechter heeft op grond van artikel 8:86 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) niet alleen uitspraak gedaan op het verzoek om voorlopige voorziening, maar ook op het beroep. De voorzieningenrechter heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De voorzieningenrechter heeft verzoeker geadviseerd om in overleg te treden met de gemeente voor andere mogelijkheden voor financiële hulp, zoals de Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL).