Uitspraak
Bij besluit van 2 mei 2019 (primair besluit) heeft het college besloten de schuldhulp-verlening te beëindigen.
Die bepaling ziet dus uitsluitend op een weigering van schuldhulpverlening en niet op een, zoals in het geval van eiser, beëindiging van een al toegewezen aanvraag schuldhulpverlening. De beëindigingsgronden voor een lopende schuldhulpverlening zijn opgenomen in artikel 6 van de Beleidsregels Schuldhulpverlening Breda (de beleidsregels). Alleen al daarom zal de rechtbank het beroep gegrond verklaren en het bestreden besluit vernietigen.
Griffierecht en proceskosten
Die kosten stelt de rechtbank op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht vast op € 2.100,- (1 punt voor het indienen van het bezwaarschrift, 1 punt voor het verschijnen op de hoorzitting in bezwaar, 1 punt voor het indienen van het beroepschrift, 1 punt voor het verschijnen ter zitting, met een waarde per punt van € 525,‑ en wegingsfactor 1).
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- bepaalt dat de rechtsgevolgen van het vernietigde bestreden besluit in stand blijven;
- draagt het college op het betaalde griffierecht van € 178,- aan eiser te vergoeden;
- veroordeelt het college in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 2.100,-.