ECLI:NL:RBZWB:2020:5611
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet tijdige betaling griffierecht
Op 10 november 2020 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen een eiser en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV). Eiser had op 1 juli 2020 beroep ingesteld tegen een besluit van het UWV van 19 juni 2020, dat betrekking had op de terugvordering van teveel ontvangen voorschot. In het procesverloop werd eiser gewezen op de verplichting tot betaling van griffierecht, maar het griffierecht was niet tijdig ontvangen. De rechtbank constateerde dat de betaling niet binnen de gestelde termijn was gedaan, waardoor het beroep kennelijk niet-ontvankelijk werd verklaard. De rechtbank baseerde deze beslissing op de artikelen 8:41 en 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De uitspraak werd openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl en partijen werd medegedeeld dat zij verzet konden aantekenen tegen deze uitspraak binnen zes weken na verzending.