ECLI:NL:RBZWB:2020:4179
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens niet voldoen aan de vereisten van de Algemene wet bestuursrecht
Op 3 september 2020 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen een eiseres en de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Eiseres had op 18 maart 2020 beroep ingesteld tegen een besluit van de minister. De rechtbank heeft eiseres bij brief van 24 maart 2020 gewezen op de verplichtingen uit de Algemene wet bestuursrecht (Awb) om het beroepschrift te ondertekenen en een kopie van het besluit in te dienen. Eiseres kreeg de gelegenheid om deze verzuimen te herstellen voor 4 mei 2020. Echter, op 17 juni 2020 werd eiseres medegedeeld dat er geen reactie was ontvangen op het eerdere verzoek en werd zij opnieuw verzocht om binnen vier weken een schriftelijke reactie te sturen. Eiseres werd erop gewezen dat het niet voldoen aan deze verzoeken zou kunnen leiden tot niet-ontvankelijkheid van het beroep.
De rechtbank ontving echter geen kopie van het besluit en ook geen ondertekend beroepschrift. Hierdoor was het beroep kennelijk niet-ontvankelijk. De rechtbank heeft de zaak zonder behandeling ter zitting afgedaan en verklaarde het beroep niet-ontvankelijk. Deze beslissing is genomen met inachtneming van de relevante artikelen uit de Awb, die de vereisten voor het indienen van een beroepschrift beschrijven. De uitspraak is gedaan door mr. L.P. Hertsig, rechter, en is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl. Partijen hebben de mogelijkheid om verzet aan te tekenen tegen deze uitspraak binnen zes weken na verzending.