Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van 28 augustus 2020 van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
dr.ir. [namen van eisers], beiden te [plaatsnaam] , eisers,
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dongen, verweerder.
Derde partij: [vergunninghoudster] , te [plaatsnaam] , vergunninghoudster.
Procesverloop
Overwegingen
1. Feiten
mogenworden gebruikt voor “het wonen” en “bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals tuinen, parkeervoorzieningen, achterpaden en ontsluitingen, water en nutsvoorzieningen”.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- bepaalt dat de rechtsgevolgen van bestreden besluit in stand blijven;
- draagt verweerder op het voor de behandeling van dit geschil betaalde griffierecht, zijnde een bedrag van € 174, aan eisers te vergoeden.