5.2Rapport van de deskundige van 6 mei 2019
De deskundige heeft het dossier bestudeerd en eiseres op 1 mei 2019 gesproken en onderzocht. Hij heeft ook met haar moeder gesproken.
Volgens de deskundige had eiseres op de datum in geding (13 juli 2017) de volgende gezondheidsstoornissen:
- stoornissen die van invloed zijn op de algemene fitheid: de klachten van het bewegingsstelsel, die de reumatoloog heeft geclassificeerd als fibromyalgie/SOLK respectievelijk hypermobiliteit, en onvoldoende restauratieve slaap samenhangend met pavor nocturnus;
- stoornissen van de huid: uit allergologisch onderzoek blijkt dat eiseres een allergie heeft voor ammoniumverbindingen die in de kapperspraktijk worden aangewend. De huid is ook kwetsbaar gebleken bij blootstelling aan materialen en/of omstandigheden waarbij de huidbarrière op de proef wordt gesteld. Het betreft een overgevoeligheid voor aspecifieke factoren, die de huid kunnen beschadigen of kwetsbaarder maken voor beschadiging. De hydradenitis is een andere huidaandoening en leidt door de lokalisatie in de liezen regelmatig tot specifieke problemen;
- migraine/hoofdpijnklachten: deze lijken deels gerelateerd te zijn aan (gebrek aan) fitheid en mogelijk ook aan spanningen. Migraineaanvallen kunnen deels gecoupeerd worden door middel van medicatie;
- psychisch welbevinden: dit wordt negatief beïnvloed door het klachtenscala en door afhankelijke trekken in de persoonlijkheidsstructuur van eiseres.
De verzekeringsarts b&b heeft merendeels rekening gehouden met deze stoornissen en de gevolgen daarvan voor de belastbaarheid in arbeid. De deskundige kan zich verenigen met het uitgangspunt dat eiseres in staat geacht moet worden om gedurende een beperkt aantal uren per dag/week fysiek en mentaal licht belastend werk te verrichten. Uit het samenstel van de aandoeningen vloeit voort dat eiseres energetisch-locomotorisch beperkt belastbaar is, beperkt in persoonlijk en sociaal functioneren, in aanpassingsmogelijkheden aan fysieke omgevingseisen en in duurbelastbaarheid.
Om het (opnieuw) ontstaan van problemen van de huid van de handen en vingers te voorkomen moeten er aanvullende voorwaarden worden gesteld ten aanzien van de blootstelling van de huid van de handen, aan materialen en/of omstandigheden die de huid kunnen aantasten. Dit betekent concreet dat:
- veelvuldig contact van de huid van de handen/vingers met reinigingsmiddelen, oplosmiddelen, stof/vuil, materialen met een zuur dan wel een basisch of anderszins etsend karakter moet worden vermeden;
- blootstelling van de huid van de handen/vingers aan kou, koude materialen (droog en nat) of zeer droge atmosfeer moet worden vermeden;
- occlusie van de huid door middel van het langer dan zeer kort dragen van handschoenen die geen vocht doorlaten moet worden vermeden. Het dragen van deze handschoenen is contra-geïndiceerd. Het dragen van stoffen handschoenen is wel verantwoord, mits deze na maximaal 30 minuten kunnen worden uitgedaan en op die momenten uitdroging door kou of tocht kan worden voorkomen.
Er moeten aanvullende beperkingen worden aangenomen in verband met de huidproblemen in de liesstreek. Langdurig aanhoudende druk van kleding/onderkleding op de huid in de liesregio moet worden vermeden. Langdurig aaneengesloten flexie van de heupgewrichten, zoals doorgaans het geval is tijdens zitten, is niet verantwoord. De maximale aaneengesloten zitduur is 15 minuten. Eiseres moet het zitten regelmatig afwisselen met staan en/of vertreden/kortdurend lopen. De totale loopduur tijdens een hele werkdag is maximaal 1 uur, met het oog op de drukbelasting van de huid in de liesregio door (onder)kleding.
De deskundige stemt voor het overige in met de beperkingen en belastbaarheid van eiseres die zijn neergelegd in de FML van 12 december 2017. Hij vindt de beperking van de duurbelastbaarheid tot 4 uur per dag en 20 uur per week afdoende.
De deskundige vindt verder dat in passende werkzaamheden rekening moet worden gehouden met een verhoogd verzuimrisico in relatie tot de exacerbaties van de hydradenitisproblematiek en/of migraine, maar hij kan niet stellen dat er omstreeks de datum in geding sprake moet zijn geweest van een verzuimvolume van 25% of meer van het te werken aantal uren.