In deze zaak heeft eiseres, een stichting, beroep ingesteld tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Veere, dat op 29 november 2018 is genomen. Dit besluit betreft een verzoek van eiseres om openbaarmaking van documenten op basis van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). De rechtbank heeft op 11 juni 2020 uitspraak gedaan in deze zaak. Tijdens de zitting op 22 oktober 2019 heeft de rechtbank het college de gelegenheid gegeven om een ongecensureerde versie van de documenten in te dienen, met een verzoek om geheimhouding op grond van artikel 8:29 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank heeft vervolgens bepaald dat beperking van de kennisneming van de stukken gerechtvaardigd was, en eiseres heeft toestemming gegeven voor de geheimhouding.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het college zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat het belang van de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer zich verzet tegen openbaarmaking van de namen en doorkiesnummers van ambtenaren. Eiseres heeft niet aannemelijk gemaakt dat het belang van openbaarheid in dit geval zwaarder weegt. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn afgewezen, omdat de procedure niet langer dan de wettelijk vastgestelde termijnen heeft geduurd. De uitspraak is openbaar gemaakt op 11 juni 2020.