ECLI:NL:RBZWB:2020:2343
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening inzake blokkering uitkering op grond van de Participatiewet
Op 29 mei 2020 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoekster, een uitkeringsgerechtigde, een voorlopige voorziening heeft verzocht tegen de blokkering van haar uitkering door het Dagelijks Bestuur van Orionis Walcheren. De blokkering was ingegaan op 22 januari 2020, naar aanleiding van een rapport van de sociale recherche van 16 januari 2020, waar verzoekster de juistheid van betwistte. Zij stelde dat het rapport onwaarheden bevatte en dat er geen sprake was van een gezamenlijke huishouding of hoofdverblijf op een ander adres.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat dit een herhaald verzoek om voorlopige voorziening betreft, aangezien er eerder op 25 februari 2020 al een uitspraak was gedaan over de blokkering van de uitkering. In die eerdere uitspraak was het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. De rechter oordeelde dat verzoekster geen nieuwe feiten of omstandigheden had aangevoerd die een herbeoordeling rechtvaardigden. De argumenten die verzoekster aanvoerde, waren al bekend tijdens de bezwaarprocedure en duidden niet op ernstige onvolkomenheden in de eerdere uitspraak.
Daarom heeft de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen en aangegeven dat er geen reden was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.