De voorzieningenrechter is van voorlopig oordeel dat hieruit onvoldoende blijkt dat het plan
geen aantasting van het woon- en leefklimaat van de omliggende percelen tot gevolg zal
hebben. Daarbij acht de voorzieningenrechter van groot belang dat het verhoudingsgewijs
gaat om een groot aantal te huisvesten arbeidsmigranten in een betrekkelijk kleine
woongemeenschap, ten aanzien waarvan verzoekers onweersproken hebben gesteld dat er
veel (oudere) mensen wonen en dat er woningen op korte afstand van [naam huisvestingsgebouw]
liggen. De voorzieningenrechter acht voorstelbaar dat men zich zorgen maakt
over de impact op de omgeving van de komst van de arbeidsmigranten. Dat het complex
altijd al werd gebruikt voor huisvesting zegt niet zoveel. Onduidelijk is hoeveel mensen er
voorheen gehuisvest waren. Bovendien ging het om broeders en mensen op leeftijd die
verpleging nodig hadden. De impact hiervan op de omgeving kan niet zonder meer worden
vergeleken met de impact van het huisvesten van 70 tot 100 arbeidsmigranten. Daarbij kon
het college ter zitting desgevraagd niet uitleggen hoe de omstandigheid dat sprake is van
short stay bijdraagt aan een goed woon- en leefklimaat, zoals in de ruimtelijke motivering
wordt gesteld. De voorzieningenrechter is dan ook van oordeel dat het college zijn standpunt
dat het plan geen aantasting van het woon- en leefklimaat van de omliggende percelen tot
gevolg heeft onvoldoende heeft gemotiveerd.
Het college dient bij het nemen van de beslissing op bezwaar de impact op het woon- en
leefklimaat van het tijdelijke verblijf van 70 tot 100 arbeidsmigranten in [naam huisvestingsgebouw]
beter te onderzoeken en te motiveren, bijvoorbeeld ten aanzien van de gevolgen voor de
akoestiek. Verder dient het college beter te inventariseren hoe een en ander feitelijk zal
verlopen, bijvoorbeeld ten aanzien van de aankomst en het vertrek van de arbeidsmigranten.
Ter zitting is namens vergunninghoudster verklaard dat de arbeidsmigranten op vaste dagen
en tijdstippen met een bus zullen aankomen en vertrekken, maar in de ruimtelijke
motivering is hierover niets terug te vinden.
Gelet op het voorgaande is naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter
onvoldoende gebleken dat aan voorwaarde k. van de beleidsregel is voldaan en dat het plan
op dit punt in overeenstemming is met een goede ruimtelijke ordening.