Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van 20 maart 2020 van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam eiseres] , te [plaatsnaam] , eiseres,
Procesverloop
Overwegingen
.Eiseres stelt pas op 21 mei 2019 een kopie van het besluit te hebben ontvangen, met de opmerking dat in de woonwijk van eiseres zeer regelmatig de post niet aankomt. Nu het besluit is verzonden op 14 mei 2019, is de bezwaartermijn aangevangen op 15 mei 2019. Dat eiseres het besluit pas op 21 mei 2019 heeft ontvangen, maakt dit niet anders. Het bepaalde in de artikelen 6:7, 6:8 en 6:9 van de Awb, in samenhang gelezen met artikel 75k van de ZW, brengt dan mee dat 28 mei 2019 geldt als de laatste dag van de termijn waarbinnen een bezwaarschrift kon worden ingediend. Het bezwaarschrift is op 4 juni 2019 ontvangen bij het UWV en daarmee buiten de bezwaartermijn ingediend.